zaterdag 9 juli 2011

Gerbrand Bakker - Gras, om languit op te liggen

Juni 2011 - waardering: 7,5.

Inleiding

Op verzoek van Boekhandel Plukker in Schagen heeft Gerbrand Bakker een boekje samengesteld ter gelegenheid van de opening van de vernieuwde winkel. Het is uitsluitend te koop in de winkel en werd tijdens de openingsdag door de auteur voorzien van een handtekening. Voor mij een onmogelijke missie, omdat ik honderden kilometers van Schagen woon, maar dankzij de hulp van Uitgeverij Cossee (mede-uitgever van dit boekje) ontving ik toch een exemplaar.
De foto op de voorkant is door Gerbrand Bakker zelf gemaakt. Over de komma in de titel is behoorlijk gediscussieerd. Zie daarvoor De komma op zijn weblog. 

Inhoud

Net als bij het boekje Populierensap van enige tijd terug heeft Gerbrand Bakker voor deze uitgave een keuze gemaakt uit de stukjes op zijn weblog en de columns die hij voor De Groene Amsterdammer schreef. Sommige kende ik al van zijn weblog, andere waren nieuw voor me.

De ondertitel is geworden Buitendagboek. In chronologische volgorde komen natuurnotities geschreven tussen 19 maart 2006 en 2 december 2010 aan bod. De seizoenen komen voorbij in een mengeling van verwondering, melancholie, humor en droge constateringen. Elk seizoen heeft iets voor ons in petto, als we het maar willen zien, ruiken, proeven. Bakker geeft er zijn eigen, vaak verrassende, kijk op.

Citaten

 De laatste boerenkool uit de moestuin van zijn moeder met een halve rookworst, want: "het is lente".

 Een tuin waar hij in november honderden bollen onder de zwarte aarde moest stoppen, omdat de oude man dat zo wilde. "We zagen de oude man op zijn stoel zitten. Uitkijkend over zijn "wachttuin". De hele winter zal hij door de grote ruit vol verwachting naar de zwarte aarde kijken. Daar was het hem om te doen. Zwarte aarde als overbrugging naar een volgend jaar".

 Tijdens een lezing ineens begrijpen waarom mensen het zo erg vinden als een oude boom geveld wordt. "Het wegvallen van zo'n soms eeuwenoude reus herinnert de mens aan zijn eigen sterfelijkheid. En het planten van een jonge boom is vervolgens bijna nog onverdraaglijker, omdat de mensen die er in de buurt wonen de boom nooit of te nimmer in honderdjarige glorie te zien zullen krijgen. (...) Ietwat verward verlieten de lezingbezoekers kort daarop de zaal. Buiten vroor het, dat vonden de meeste mensen wel lekker fris aan hun hoofd."

 Nog eentje dan: Midden in de zomer weet hij even niet waarover te schrijven. "Soms is er gewoon niets. Ik weet wel hoe dat komt: het is 1 augustus, de eerste dag van de meest overbodige zomermaand. Ik wil hem verbannen, ik heb nu al zin in september. De zomer duurt altijd een maand te lang."

Leeservaring

Het ene stukje spreekt meer aan dan het andere. Maar voor wie niet dezelfde kwaliteit als van zijn romans verwacht, valt er in deze bundel toch nog genoeg te genieten door de rake observeringen en stemmige beschrijvingen van de natuur waar we allemaal onherroepelijk deel van uitmaken. De terloops bijgevoegde humor en de melancholische overpeinzingen doen de rest.

 Leuk boekje om cadeau te doen aan een Bakker-fan (€ 5,95).

Gerbrand Bakker - Gras, om languit op te liggen. Schagen, Plukker/Cossee, 2011. Geb., 106 pg., geen isbn. Verkrijgbaar bij Boekhandel Plukker - Schagen.

©JannieTr, juli 2011.

vrijdag 8 juli 2011

David Pefko - Levi Andreas

Juni 2011 - waardering: 7,0

Inleiding

De vakjury van de Academica Debutanten Prijs 2011 heeft haar werk (naar mijn smaak tenminste) goed gedaan. Dit is het vierde boek (van de 5) dat ik inmiddels gelezen heb en hoewel ik niet over allemaal even enthousiast ben, heb ik ze geen van alle met tegenzin gelezen (en dat is wel eens anders geweest). Van de laatste (Peter Buwalda - Bonita Avenue) verwacht ik dat ook niet, dus dit jaar was het verplicht lezen van alle 5 de debuten beslist geen zware opgave.

En toch: dit is niet mijn favoriet. Net als bij De val van Hippocrates van Menno Lievers bleef ik met een dubbel gevoel zitten. Alleen in de omgekeerde volgorde: Het eerste van de vier delen waarin het boek is verdeeld, beviel me het minst. Naarmate het boek vorderde ging ik het meer waarderen en naar het einde toe was ik er tevreden over. Pas een tweede lezing rechtvaardigde een afgewogen oordeel. Maar daarover verderop.

Inhoud

Rosa werkt als strijkster in een stomerij in Amsterdam-Oud-Zuid. Ze is afgestudeerd als psycholoog, maar heeft na de schok van de zelfmoord van haar moeder en het vertrek van haar broertje naar Amerika een simpel baantje gezocht waarbij ze haar hoofd leeg kan maken. In een van de overhemden vindt ze een briefje met aantekeningen van de eigenaar. Ze laat een antwoord achter in een van zijn gestreken hemden en zo ontstaat een briefwisseling, die haar leven volledig zal veranderen. Als ook haar vader is overleden begint ze aan een reis naar "een soort einde van de wereld", achter deze Levi Andreas aan. Die heeft zo zijn eigen redenen om op reis te gaan.

Leeservaring

Over David Pefko is weinig bekend. Die geheimzinnigheid doet denken aan Aron Grunberg en er is meer dat aan deze auteur doet denken. En omdat ik absoluut geen fan ben van Grunberg laat het zich raden dat ik niet onverdeeld enthousiast kan zijn over Levi Andreas.

Op het eerste gezicht lijkt het verhaal 2 hoofdpersonen te hebben Rosa en Levi. In deel 1 zijn ze om de beurt aan het woord vanuit een ik-perspectief in de verleden tijd. Door de hoofdstukken van Rosa met een strijkijzertje aan te geven en die van Levi met een titel zijn ze gemakkelijk uit elkaar te houden. Deel 1 neemt bijna de halve roman in beslag. Dat had best wat korter gemogen. Aanvankelijk zijn de stukjes over Rosa nog heel aanvaardbaar, maar naar het einde van het eerste deel toe wordt het allemaal een beetje te gezocht: een medium, moord, zelfmoord en een riante uitkering voor Rosa. Hinderlijker vond ik echter de absurde wendingen en uitwijdingen van Levi. Bij een tweede lezing ontdekte ik ook daar hoofdstukjes tussen die er wel toe deden, of die althans hier en daar een zinnige gedachtegang bevatten. Het merendeel deed echter denken aan de door mij verafschuwde Grunbergse manier van schrijven: het verzinnen van allerlei zgn. hilarische situaties en absurditeiten.

De titel van dit deel: Sommige mensen kunnen maar beter helemaal niet denken (een uitspraak van de baas van Rosa) slaat op de reden van de keuze voor dit baantje door Rosa. We weten inmiddels het een en ander van haar, maar leren haar in de volgende delen beter kennen. Uit de hoofdstukjes over Levi valt op te maken dat hij een leven vol leugens leidt, zoveel leugens, dat hij er dusdanig in verstrikt is geraakt, dat hij zal moeten vluchten om ergens ver weg te proberen opnieuw te beginnen. In het eerste hoofdstukje zegt hij: (naar aanleiding van een gebeurtenis in zijn jeugd) Vanaf toen wist ik dat geluk niet iets vanzelfsprekends is en ongeluk des te meer. Via flash-backs komen we te weten dat zijn grootmoeder en grootvader de basis legden voor zijn levenshouding: Oma leerde hem dat op een oneerlijke manier aan geld komen gelukkig maakt en Opa stelt: het ergst zijn de mensen die willen deugen. Zijn moeder geniet alleen van een leven vol veranderingen en zijn vader tenslotte verdween en schreef zijn zoon: Geluk is niet onmogelijk. Hij ontdekt dat de waarheid vaak pijnlijk en onvolmaakt is en niet wat je zou wensen en dat je met leugens de wereld wel naar je hand kunt zetten. Er zijn heel wat onzinverhalen nodig (waar ik de humor niet van kan waarderen) om Levi enigszins een gezicht te geven. Maar echt lukt dat zo niet.

De structuur van deel 2: Hoe de dood ons nader tot elkaar brengt en leert brieven te schrijven, is totaal anders. Het perspectief ligt nog uitsluitend bij Rosa. Levi komt alleen aan het woord in de brieven die hij aan Rosa schrijft. In deze brieven komt een andere Levi naar voren. Aanvankelijk slechts op de vlucht voor de situatie waarin de leugens hem gebracht hebben, maar gaandeweg op zoek naar de mogelijkheden van een ander leven, een echt leven zonder leugens.  De dood van Rosa's vader en de hereniging met haar broer geven Rosa het zetje dat ze nodig heeft om uit de lethargie te komen waarin ze gaande weg geraakt is. Ze besluit Levi achterna te reizen naar een "soort einde van de wereld". Ze blijkt steeds meer de echte hoofdpersoon te zijn van deze roman, een soort Bildungsroman, door de ontwikkeling die ze doormaakt vanaf het moment dat ze het briefje van Levi vindt. Soms vraag je je af: bestaat die Levi wel? Of vertelt ze ons een verzonnen verhaal? Staat Levi Andreas voor Anders Leven? Voor het thema maakt het niet veel uit hoe we dat invullen.

Ook in deel 3: Levi Andreas in 24 zwarte boekjes en 4: Naar een soort einde van de wereld is de hoofdrol voor Rosa. Via een leugentje komt ze in het bezit van de boekjes die Levi achtergelaten heeft in een hotel in Brussel. Soms verwijst ze naar de inhoud ervan in haar brieven aan hem. Van een enkele staat de tekst in het boek. Ze besluit haar leven in Amsterdam op te geven en hem achterna te gaan. We volgen Rosa op haar reis: eerst naar Amerika waar ze van haar broer hoort over de schokkende afscheidsbrief van haar moeder. Daarna volgt een avontuurlijke autorit dwars door Argentinië, waarbij af en toe een brief uitgewisseld wordt. Twee mensen op de vlucht met hetzelfde doel: naar een soort einde van de wereld, maar met een andere reden. Rosa op de vlucht voor de pijnlijke realiteit van het leven en Levi op zoek naar een uitweg uit de leugens, juist op zoek naar de realiteit. Ergens aan een soort einde van de wereld hopen ze de oplossing te vinden. En elkaar? Nee, Rosa ziet in èèn van de laatste pleisterplaatsen wel een foto van hem, maar zal hem uiteindelijk niet vinden. Ze vindt zichzelf. Nadat ze de liefdesbrieven, de afscheidsbrief van haar moeder en de as van haar beide ouders in het water vlakbij het einde van de wereld heeft gegooid. Zij zullen niet langer haar leven bepalen. Levi Andreas lijkt verdwenen (zijn rol is uitgespeeld?), ze leest nog 1 berichtje: Daar was het dus en het geurde naar geluk. Zij zou ook kunnen verdwijnen op deze stille, bijzondere plek, maar ze stelt voor zichzelf vast: Geluk is niet onmogelijk.
Uit de Proloog van het verhaal: Het begin van het einde, die in de tegenwoordige tijd is geschreven en het verhaal rond maakt, moeten we opmaken dat ze nog steeds daar aan het einde van de wereld vertoeft en er gelukkig is.

Zoals gezegd beviel de tweede helft van het boek me beter dan de eerste. Maar van anderen hoor je precies het omgekeerde. Misschien toch een kwestie van smaak. Toch blijf ik erbij dat het boek een stuk korter gekund had en zonder de zogenaamde hilarische en absurde verhalen in het eerste deel aan kracht gewonnen zou hebben. Maar als debuut is het zeker niet slecht.

David Pefko- Levi Andreas. Amsterdam, Van Oorschot, 2009. Paperback, 376 p. ISBN: 9789028241336

© JannieTr - 8 juli 2011.

donderdag 7 juli 2011

Josha Zwaan - Parnassia


Juni 2011 - waardering: 8,0.

Inleiding:

 Josha Zwaan werd op 19 december 1963 geboren in Nieuw Zeeland, als dochter van Nederlandse immigranten. Toen zij drie jaar was verhuisde het gezin terug naar Nederland. Josha Zwaan groeide op in Zeeuws Vlaanderen, West-Friesland en op de Veluwe. Hoewel zij al een aantal korte verhalen en essays op haar naam had staan, is Parnassia haar romandebuut. Parnassia is gebaseerd op historische feiten. Voor het schrijven ervan heeft zij zich uitgebreid verdiept in de Joodse religie. Daarnaast heeft ze gebruik gemaakt van verschillende getuigenissen en literatuur over het lot van Joodse onderduikkinderen die ook na de oorlog bij hun niet-joodse pleegouders bleven wonen.

Tussen alle boeken over het grote leed dat de Tweede Wereldsoorlog teweeg bracht, is er nu een roman die laat zien dat ook het onbekende "kleine" leed grote impact kan hebben. Ooit zag ik een documentaire over de Joodse kinderen die na de oorlog niet meer terug gegeven werden aan hun natuurlijke ouders, niet omdat die ouders of andere familieleden er niet meer waren of niet meer voor ze konden zorgen, maar omdat men een christelijke opvoeding beter voor ze achtte. Maar verpakt in deze goed geschreven roman maakt deze onrechtvaardigheid veel meer indruk.

Inhoud: 

Het is 1942 en de vervolging van joden in Nederland wordt steeds grimmiger. De 4-jarige Rivka wordt door haar ouders ondergebracht bij een kinderloze dominee en zijn vrouw in Zeeland, die zich vol liefde over haar ontfermen. Rivka wordt Anneke en voor de buitenwereld zijn haar ouders omgekomen bij het bombardement op Rotterdam. Wanneer na de bevrijding haar vader en haar broertje Simon op de stoep staan om haar op te halen, herkent ze hen niet meer en kiest ze voor een nieuw bestaan als Anneke. Jaren later woont Anneke in Leiden, waar ze lesgeeft op een basisschool. Ze wordt verliefd op Joost, een beetje een outsider, en naar later blijkt met een joodse achtergrond, net als zij. Joost heeft tijdens de oorlog in een concentratiekamp gezeten. De geboorte van hun kinderen maakt bij zowel Joost als Anneke een stroom aan onderdrukte gevoelens en herinneringen los die niet meer te stoppen lijkt. Terwijl Joost zich steeds meer tot het joodse geloof begint te wenden, neemt Anneke afstand van hem en van haar gezin. Ze blijkt niet bij machte van haar kinderen te houden en een leven op te bouwen met anderen. Na de dood van Joost ontmoet de dan 70-jarige Anneke haar oudste dochter Sandra op het strand, en stukje bij beetje vertelt Anneke aan Sandra het verhaal van Rivka die Anneke werd, en hoe het zo ver heeft kunnen komen dat zij haar kinderen in de steek liet zonder ooit nog om te kijken.

Leeservaring:

Het motto van het boek is goed gekozen: Wie het verleden niet eert, verliest de toekomst, wie zijn wortels vernietigt, kan niet groeien (Fr. Hundertwasser). Daarna volgt een Proloog uit 1945 die meteen de basis zal leggen voor wat volgen gaat: de 7-jarige Anneke wordt op het schoolplein benaderd door een man die ze niet kent en een jongetje dat vage herinneringen oproept. Ze noemen haar Rivka, vragen of ze hen niet kent. Ze wordt bang, zegt dat ze Anneke heet en vlucht naar wat zij als haar mamma beschouwt.

De structuur die J.Z. vervolgens voor haar boek heeft gekozen is effectief. De begrafenis van Joost zet alles in gang. Afwisselend lezen we in de tegenwoordige tijd over de ontmoetingen tussen Sandra en haar moeder, met steeds als hoofdstuktitel: Dezelfde zee en in ik-perspectief, en het chronologisch vertelde verhaal van Rivka/Anneke in de verleden tijd en zij-perspectief, met hoofdstuktitels en tijdsaanduiding. Zo groeit de lezer mee met het verhaal dat Anneke vertelt: ze verandert terwijl ze haar verhaal vertelt, er over nadenkt, niet alles tegen Sandra zegt. Het personale zij-perspectief maakt duidelijk dat het Anneke zelf is die met haar herinneringen bezig is. Het ik-perspectief hoe ze worstelt met wat ze ontdekt en hoe ze dat Sandra uit moet leggen, terwijl ze het zelf niet helemaal begrijpt.

Zowel de term psychologische roman, als Bildungsroman is van toepassing op dit boek. Ondanks alles wat er gebeurd is en de impact die dat op het verloop van het leven van  Anneke en haar kinderen gehad heeft, zorgen de ontmoetingen en gesprekken met haar dochter voor een verandering in Anneke, komt ze dichter bij haar wortels. Het karakter van Anneke komt dan ook het best uit de verf. Sandra blijft veel vager, fungeert meer als middel om tot het doel: de bewustwording van Anneke, te komen. Ook de andere hoofdfiguren uit het boek zijn niet helemaal uitgewerkt: van de Joodse familieleden weten we niet zo veel en de pleegouders zijn vooral zorgzaam en lief. Dat brengt het Anneke-perspectief met zich mee. Van Joost wordt zowel via Anneke, als via Sandra wel weer een indringend beeld geschetst. Vooral de andere kinderen van Anneke en Joost komen nauwelijks aan bod. Van Jean, de partner van de huidige 70-jarige Anneke, horen we net genoeg om te begrijpen dat ook hij een belangrijke rol speelt bij de ontwikkeling die ze doormaakt.

De titel Parnassia verwijst zowel naar de strandtent waar moeder en dochter afspreken, als naar een zeldzaam duinplantje (dat Anneke dan ook vergelijkt met het tot uitsterven gedoemde Joodse volk). En naar de instelling voor geestelijke gezondheidszorg in de omgeving, waar Joost opgevangen werd toen de kampherinneringen hem tot waanzin begonnen te drijven.

Al met al heeft J.Z. een aangrijpend en spannend boek geschreven dat je maar moeilijk weg kunt leggen. Meeleven met Anneke en haar omgeving gaat vanzelf. Nergens worden er expliciete verwijten geuit. Het gaat hier slechts om het schetsen van de gevolgen die aan ondoordachte besluiten kunnen kleven. Net als aan het verdringen van traumatische ervaringen en herinneringen. 

Een knap debuut, geschreven in een aangenaam leesbare stijl, dat het verdient om volgend jaar tot de shortlist van de Academica Literatuur Prijs 2012 voor Debutanten door te dringen.

Voor achtergronden, interview en recensies zie ook de website van Josha Zwaan.
Josha Zwaan - Parnassia. Artemis, 2010. Paperback, 349 p., isbn 9789047201670.

Voor mijn discussietips bij dit boek: volg deze link.

©JannieTr, juli 2011.

woensdag 6 juli 2011

Discussievragen bij Parnassia van Josha Zwaan



Wat de vorm betreft:

1. Wat is de titelverklaring? Denk aan: naam paviljoen waar moeder en dochter afspreken, een vrij-zeldzame bloem die  alleen nog groeit en bloeit op schrale duingrond (was vroeger wijdverbreid) en een instelling voor geestelijke gezondheidszorg in de regio waar ook het paviljoen staat. Zie je een verband met de inhoud van het boek?

2. Tot welk genre zou jij het boek willen rekenen? Sommigen zeggen: psychologische romen, anderen "Bildungsroman" of ontwikkelingsroman: een boek waarin de hoofdpersoon een blijvende en ingrijpende persoonlijke ontwikkeling doormaakt. Als je voor dat laatste kiest: wie maakt of maken dan deze ontwikkeling door? En hoe past het motto (zie voor in het boek) hierbij?

 Je zou het ook nog een oorlogsroman kunnen noemen.  Hiermee wordt meteen duidelijk dat een roman vaak tot meerdere genres kan behoren en dat meestal "psychologisch" daar bij hoort.

3. Structuur: hoe is het boek opgebouwd? Wordt het verhaal chronologisch verteld? Zat er daardoor spanning in het verhaal?  Hoe wordt duidelijk gemaakt wat verleden is en wat heden? 

4. Welke (natuurlijke en geografische) decors herken je in de roman en welke rol spelen ze? Geef bv. aandacht aan het heden en de wandelingen over het strand, langs de zee. Kun je in de tekst zinnen vinden die dit decor een symbolische rol laten spelen bij het verloop van het verhaal?

5. Er is sprake van een meervoudig perspectief. Een deel van het boek is in de ik-vorm geschreven, een deel in de zij-vorm. Beide delen gaan over dezelfde persoon, maar op een andere leeftijd. Wat vind je van deze keuze van de schrijfster, wat wordt hiermee benadrukt?

Wat de inhoud betreft:

1. Wat is het hoofdthema van het boek? Welke andere thema's komen erin voor?

2. Er spelen meerdere religies een rol in het verhaal. Kunt u het standpunt van beide kanten beschrijven en welke kant kiest u? Wat vind u van de rol van de overheid in deze?

3. Rivka noemt de pleegouders "de papa en de mamma". Wanneer en waarom besluit ze daar Pappa en Mamma van te maken? 

4. De dominee discrimineert nogal, niet alleen w.b. het Joodse geloof, maar ook w.b. vrouwenemancipatie. Anneke is "maar" een meisje en wordt dus beperkt in haar ontwikkeling. Kun je dat plaatsen in de tijd en de streek waar het verhaal speelt?

5. Zijn de karakters geloofwaardig? Kun je de oorzaak van de verwijdering tussen Joost en Anneke aanwijzen en begrijpen waarom Anneke haar gezin in de steek liet? Iedereen is door alle gebeurtenissen beschadigd en die kunnen niet meer ongedaan gemaakt worden. Is er bij Anneke toch  iets veranderd? Wat heeft dit alles met Sandra gedaan? Is er nog hoop voor de toekomst?

(N.B. deze discussietips werden later toegevoegd op verzoek van een lezeres van dit Blog).
©JannieTr, 6 nov. 2013.

maandag 13 juni 2011

Gerrie Hondius - Ik ontmoette een man

Juni 2011 - waardering: 6

Inleiding

Wat een verrassing: 35 pakketten met alle vijf de te beoordelen debuten van dit jaar voor de Academica Literatuurprijs (ALP) werden onlangs verloot en ik bleek èèn van de winnaars te zijn. Ik ben er echt blij mee, omdat ik verwacht dat ik dit jaar van bijna àlle boeken zal kunnen genieten. Dat is nog niet eerder het geval geweest.

Als derde koos ik voor Gerrie Hondius - Ik ontmoette een man. Een aardig boekje, niet te dik, niet te zwaar, leuk voor tussendoor. En daarin klinkt meteen mijn oordeel al een beetje door. Ik vraag me af of het wel in de shortlist van de ALP thuis hoort.

Inhoud

Ik ontmoete een man is geen roman, ook geen verhalenbundel: het is een verzameling miniatuurtjes die meestal uit 1, soms uit 2 en een enkele maal uit 3 bladzijden bestaan. Ze beginnen bijna allemaal met de zin: Ik ontmoete een man. 

Leeservaring

Het is goed te merken, dat Gerrie Hondius ook schildert en striptekeningen maakt: mannen (èn vrouwen) wordend heel treffend neergezet in zo'n ultra kort verhaaltje. De situaties zijn geregeld heel herkenbaar, maar vooral hilarisch. Soms laten ze je met weemoed (of schaamte) terugdenken aan je eigen ervaringen en relatieperikelen. Niet onprettig lezen dus, maar voor de ALP toch een maatje te klein.

Ik vroeg me af hoe dit boekje tussen de andere titels terecht gekomen is. Het toeval wil dat Gerrie Hondius de enige vrouw op de shortlist is en dat de organisatie van de ALP er nogal een punt van maakt, dat bij hen het publiek de doorslag geeft bij de toekenning van de prijs en dat van alle tot nog toe uitgereikte prijzen (15) meer dan de helft (8) naar vrouwelijke auteurs ging. Terwijl bij de toekenning van alle andere literaire prijzen vrouwen ver in de minderheid zijn. Dan moet men er bij de vaststelling van de shortlist ook wel voor zorgen dat er voor een vrouw te kiezen valt. Overigens kreeg ik geen antwoord op mijn vraag via Twitter hoe de samenstelling van de publieksjury was: waarschijnlijk is het percentage vrouwen daarin groot. Ook dat zou van invloed kunnen zijn op de keuze voor een winnares. Waarmee nog nìets gezegd is over de oorzaak van het ontbreken van vrouwen bij de overige literaire prijzen.......

Toch vraag ik me oprecht af of er echt geen andere vrouwelijke auteur voor de shortlist in aanmerking kwam. Bij Leestafel.info worden elk jaar alle debuten die meedingen naar de APL (vaak meer dan 80!!) gelezen. Ik zou van hen wel eens willen horen of ze een andere vrouwelijke auteur kunnen noemen die dit jaar eigenlijk niet had mogen ontbreken op de shortlist.

Tussenstand

Na het lezen van 3 debuten voor de ALP is mijn voorlopige volgorde: 1. Bart Vercauteren - Het graf van de voddenraper, 2. Menno Lievers - De val van Hippocrates en 3. Gerrie Hondius - Ik ontmoette een man.

Gerrie Hondius - Ik ontmoette een man. Amsterdam, Contact, 2010. Paperback, 2e dr., 165 pg., isbn: 9789025470067.

©JannieTr, 13 juni 2011.

woensdag 8 juni 2011

Menno Lievers - De val van Hippocrates


Mei 2011 - waardering: 7-.

Inleiding

Een heel dubbel gevoel had ik na het lezen van De val van Hippocrates. Het eerste deel van het boek boeide me voldoende om door te willen lezen. Daarna begon ik me af en toe te ergeren, leek het me allemaal wat teveel van het goede. Het slot daarentegen maakte weer veel goed.

Als kernjurylid van de Academica Literatuur Prijs word ik geacht een weloverwogen oordeel te geven. En dat vond ik in dit geval niet eenvoudig. Geheel tegen mijn gewoonte in heb ik daarom, vooraf aan mijn recensie, een interessant interview met Menno Lievers bekeken over De Val van Hippocrates. Daar heb ik geen spijt van. Het verklaart iets van mijn aanvankelijke bezwaren, maar het neemt ze niet allemaal weg.

Het verhaal

Tijdens een wandeling in de bergen heeft de dertienjarige Erik Liefco zijn broer naast zich in de afgrond zien storten. Mentaal is hij in de val meegesleurd en moet hij zijn leven vanuit de diepte weer opbouwen. Door te kiezen voor het beroep van arts probeert hij niet alleen vergeving te krijgen van zijn moeder, maar ook van zichzelf. Vanwege een tekort aan opleidingsplaatsen is hij gedoemd basisarts te blijven. Zijn vriendin raadt hem aan afscheid te nemen van de geneeskunde, maar Liefco wil nog één poging wagen een plek te veroveren. Als hij zijn optreden als arts onverwacht moet verdedigen, rijst opnieuw de vraag: is Liefco een schuldig mens? (tekst achterflap).

De leeservaring

De structuur van het verhaal is helder: chronologisch wordt in de verleden tijd door een ik-verteller de verloop van de gebeurtenissen vertelt. De sporadische flashbacks hebben vooral betrekking op het ongeluk met het broertje. Het verhaal begint op de eerste werkdag van Liefco als arts-assistent, niet-in-opleiding, in een academisch ziekenhuis in een grote stad. Lievers schetst een onthutsend beeld van de medici waar hij mee samen moet werken. Minachting of op z'n minst onverschilligheid jegens de patiënten, onkunde, fraude, non-collegialiteit, statusdwang, er gaat een beerput open waarin je als patiënt, ondanks vermoedens, misschien liever geen blik geworpen had. Liefco is volgens zijn collega's te "lief" voor zijn patiënten, hij dient ze meer als objecten te beschouwen: zieke lichamen. Maar zo'n dokter wil en kan hij niet zijn. Hij doet zijn best, wordt nergens in gesteund, voelt dat zijn kennis nog te kort schiet voor de verantwoordelijkheid die hij toegeschoven krijgt, maakt fouten. Tot overmaat van ramp prikt hij zich per ongeluk met een met Hiv-geïnfecteerde naald. 

Naarmate het verhaal vorderde,  kreeg ik het gevoel dat er overdreven werd. Dat de werkelijkheid in een ziekenhuis zo erg niet kon zijn. Ernstige overdrijving kan omslaan in absurditeit of  hilariteit, iets wat absoluut niet bij dit onderwerp past. Dat verklaarde mijn ergernis. In het interview vertelt Lievers echter dat er niets overdreven is, dat zijn redacteur er zelfs nog stukken uit gehaald heeft, omdat hij het teveel van het goede vond. Een schokkende constatering en begrijpelijk dat Lievers het allemaal op heeft willen schrijven. Maar toch is het m.i. iets teveel van het goede. Met minder wantoestanden had hij ook zijn punt wel gemaakt. Een beginnersfout?

Liefco bedoelt het allemaal zo goed, maar het zit hem allemaal tegen: zijn relatie loopt stuk, hij legt het aan met verschillende verpleegsters, trouwt met een Colombiaanse heor om haar aan een baantje in het ziekenhuis te kunnen helpen, waarna ze cocaïne gaat smokkelen. Hij raakt verstrikt in zijn oude drankprobleem. Er sterven patiënten, door zijn onoplettendheid, door toeval of door toedoen van anderen die hem dat in de schoenen proberen te schuiven. En hij blijkt inderdaad aids ontwikkeld te hebben. Dat heeft invloed op de manier waarop hij met vrouwen omgaat en al hebben de s@xscènes daardoor zeker een functie, toch komen ook die naar mijn smaak wat te veelvuldig en uitgebreid voor. Dat alles mondt uit in een proces dat lijkt op dat van Lycia de B. Alles wat hem is overkomen wordt tegen hem gebruikt. Toch voelt hij zich nog steeds schuldig en nu aan veel meer dan alleen het ongeluk dat zijn broer overkwam.

Tot echt uitgewerkte karakters komt het helaas niet. Vooral de collegae neigen naar typetjes en de verschillende vrouwen komen niet echt uit de verf. Ook de patiënten blijven bij-figuren, terwijl we, ondanks het ik-perspectief, ook Liefco niet echt leren kennen. We weten iets van zijn drijfveren, zien zijn onbeholpenheid en onzekerheid, zijn naïviteit, zijn waanideeën. Maar toch begrijpen we uiteindelijk wel waarom het verhaal moest eindigen, zoals het eindigt.

De stijl is over het algemeen nogal afstandelijk en zakelijk. Ontroerend beschreven is echter het optreden van Liefco rondom de bevalling van een in de buik overleden baby. En vooral ook het hoofdstuk Slot. Op de valreep wordt Liefco een echt mens, wordt het mogelijk mee te leven met deze gekwelde persoon en hem het slot te gunnen, waar hij naar toe leefde

Debuten zijn te verdelen in drie categorieën. Het droomdebuut: een boek dat helemaal goed is, een bestseller, met als nadeel dat evenaren of overtreffen moeilijk zal worden. Dan het debuut dat er mee door kan, maar dat eigenlijk zelden opgevolgd wordt door een veel beter boek. En tenslotte het veelbelovende debuut: een boek dat het nog net niet helemaal heeft, maar dat genoeg potentie heeft om te verwachten dat het volgende beter zal zijn. Ik zou De val van Hippocrates tot die laatste categorie willen rekenen.

Menno Lievers - De val van Hippocrates. Amsterdam, De Bezige Bij, 2010. 2e dr., 284 p., isbn 9789023454618

©JannieTr, 8 juni 2011.


dinsdag 7 juni 2011

Thomas Verbogt - Perfecte stilte

Mei 2011 - waardering: 5,5.

Inleiding
Het is jammer, maar het lijkt er niet op dat het ooit wat worden zal tussen Thomas Verbogt en mij. In december 2007 las ik Eindelijk de zee en ik was er niet van onder de indruk. Onlangs won ik bij een prijsvraag van VPRO-boeken Perfecte stilte. Bij Brands met Boeken zag ik het interview over dit boek met de auteur en ik besloot hem nog een kans te geven, deze aardige, wat verlegen man. Maar helaas. Weer kon het mij niet bekoren, als ik eerlijk ben moet ik zeggen, dat het me nog minder beviel dan Eindelijk de zee....


Flaptekst

Documentairemaker David Kromweg heeft een half leven achter zich als hij op een dag de moeder van zijn jeugdvriendin tegen het lijf loopt. Het confronteert hem met een verleden dat nog steeds niet afgesloten blijkt. Hij zou een bekentenis moeten doen, maar heeft er de moed niet voor.
Als hij echter kort daarna in een gevaarlijke situatie belandt waarin hij zich anders gedraagt dan hij voor mogelijk hield, breekt er in hem iets open. (NieuwAmsterdam).

Samenvatting

Simon, David en Valerie waren vrienden. Op een dag plecht Valerie zelfmoord. David weet als enige waarom, maar vertelt dat niemand, ook haar ouders niet. Als hij haar moeder jaren later tegenkomt, schaamt hij zich, omdat hij daar weer over liegt en hij belooft haar om weer eens op bezoek te komen. Terwijl hij op weg is naar een afspraak loopt hij langs een steeg, waarin hij in een ooghoek iets ziet gebeuren. Zonder nadenken gaat hij er op af om een vrouw te helpen die belaagd wordt door drie mannen. Het loopt voor beiden niet goed af. Hij belandt in het ziekenhuis. Hij is er zelf verbaasd over dat hij zo "moedig" was te proberen in te grijpen. Misschien voelde hij zich nog schuldig, omdat hij niet ingegrepen heeft toen hij Valerie moest helpen?
Als hij het ziekenhuis verlaat, neemt hij zich voor een heel ander, eerlijker leven te gaan leiden. Hij is bezig met verschillende documentaires, vooral met vrouwen in de hoofdrol, heeft contact met verschillende goede vriendinnen/een minnares/een vrouwelijke collega en allemaal dragen ze hun steentje bij aan zijn psychologische ontwikkeling en ommezwaai. De vrouw waar hij al tien jaar mee samen is laat hem inzien dat ze eigenlijk niets meer hebben samen en dat opbreken beter is. Dus besluit hij dat alles anders moet. Hij brengt de moeder een bezoek, maar vertelt haar nog niet wat hij weet. Dan zoekt hij de vader op, waarvan hij vernam dat die geestelijk verward zou zijn en zwijgend in een verzorgingshuis zit. Hij houdt een monoloog tegen de man en laat hem merken dat hij alles weet en dat hij hem schuldig acht aan haar zelfmoord.
Als hij uiteindelijk moed genoeg heeft gevat om de waarheid (die de lezer inmiddels ook vernomen heeft) aan Valerie's moeder te gaan vertellen, is deze zwaar ziek en verzwijgt hij de pijnlijke waarheid om haar in vrede te kunnen laten sterven: ze hield immers van haar man.
Daarna volgt een happy-end, dat ongeloofwaardig is.

Leeservaring

Mijn eerste bezwaar: er zat totaal geen spanning in het verhaal. Aan het begin lezen we over een zelfmoord waarvan de hoofdpersoon meer weet. Daarna stort hij zich op een onbegrijpelijke wijze in een vechtpartij. Een logische verklaring daarvoor is niet te bedenken: hij weet zelf niet waarom  en de ommezwaai en het nadenken over zijn leven die een verklaring zouden kùnnen zijn voor deze actie komen pas LATER, als hij uit het ziekenhuis komt. Onbewuste drijfveren (schuldgevoel, dit keer wel moedig zijn) worden waarschijnlijk geacht hem te drijven, maar overtuigend is het niet.
Dan komt er weer een stukje informatie door zijn bezoek aan de vader: die lijkt te weten waarom zijn dochter zelfmoord pleegde. Maar door alle tussendoortjes: de bezoeken aan en gesprekken met diverse vrouwspersonen, die hem allemaal inzicht moeten geven in wie hij is en hoe hij nu verder moet met zijn leven, halen de spanning uit het verhaal. Als we tenslotte lezen wat er gebeurd is en waarom hij zich zo schuldig voelt, dan voelt dat niet meer als een verrassende plot.

Een tweede bezwaar: het happy-end komt volkomen uit de lucht vallen. Het ziet er allemaal te geconstrueerd uit. Er is een geheim dat in stukjes moet worden onthuld. Zijn eerste vriendinnetje kon hij niet beschermen, de vrouw in de steeg ook niet, maar hij heeft het tenminste geprobeerd. En nu besluit hij, aangemoedigd door vele vrouwen,  alles anders te gaan doen. Hij zoekt de vrouw uit de steeg op en vertelt haar het geheim. Ze is blij dat hij het haar verteld heeft en vertelt hem waardoor de mishandeling in de steeg ontstond.  Hij herkent in haar een soul-mate en ze leefden nog lang en gelukkig.

Wat ik schreef n.a.v. Eindelijk de zee is voor mij ook op dit boek van toepassing:
Het verhaal zelf vind ik absoluut niet meeslepend, eerder traag en saai, terwijl er toch genoeg dramatische momenten in zitten die het spannend zouden moeten maken. De vertelstijl is daarvoor echter te vlak. De structuur is rommelig. Niet alleen de hoofdstukken springen heen en weer in de tijd, ook binnen de hoofdstukken is de chronologie nogal grillig. Dat leest niet prettig. En tenslotte teveel gefilosofeer en gedachtestromen in te lange, ingewikkelde zinnen.
Misschien is het wel een diepzinniger betoog dan ik bij een eerste lezing kan ontdekken. En misschien verdient het een tweede lezing met meer aandacht voor de onderliggende thema’s. Maar omdat het mij op dit moment nergens echt aanspreekt, laat ik het hier voorlopig maar even bij, ondanks de redelijk gunstige recensies.

Daar wil ik nog aan toevoegen: inmiddels heeft Thomas Verbogt een indrukwekkend aantal titels op zijn naam staan. Als er daar èèn bij is, waarvan iemand denkt dat die wel aan mòet spreken, dan wil ik die nog wel proberen. Maar als dat ook niets wordt, dan houd ik het er maar op, dat smaken nu eenmaal verschillen.

Thomas Verbogt - Perfecte stilte. Amsterdam, Nieuw Amsterdam, 2011. Paperback, 207 p., isbn: 9789046809846.

© JannieTr.