zondag 26 december 2021
Louis van Dievel - Witte oren
zondag 19 december 2021
Kees Kooman - Het beklemde land
donderdag 16 december 2021
Arthur Japin - Honden voor het leven
Arthur Japin - Honden voor het leven; met ills. van Martin van der Linden. Utrecht, Mozaïek, 2021. Hardcover, 88 pg., ills., ISBN: 978-90-266-2483-4.
vrijdag 10 december 2021
Ineke Riem - Herinneringen van een zeemeermin
Deze maand (november 2021) is het de beurt aan Ineke Riem. Zij schreef eerder twee romans (Zeven pogingen om een geliefde te wekken - 2013 en Rauw Hart -2017), een verhalenbundel (Onderwaterverhalen - 2020) en twee poëziebundels (Alle zeeën zijn geduldig -2015 en Fantasii - 2021). Daarnaast illustreert ze haar teksten zelf. Voor dit boekje, Herinneringen van een zeemeermin, zijn twee oude en twee nieuwe verhalen uitgekozen.
woensdag 1 december 2021
Lidewijde Paris - Een gedicht is ook maar een ding
Met Hoe lees ik? (2016) en Hoe lees ik korte verhalen? (2018) deed Lidewijde Paris een dappere poging het lezen van romans en korte verhalen te bevorderen door er op een toegankelijke en enthousiasmerende wijze over te schrijven. Dat dat aanslaat, bewijzen haar goed bezochte lezingen en workshops wel. En nu is er een derde boek in deze serie: Een gedicht is ook maar een ding: een eigenzinnige speurtocht door de Nederlandse poëzie.
In de inleiding legt L.P. uit, waarom ze niet voor de titel Hoe lees ik gedichten? heeft gekozen. Het is geen uitleg en analyse boek. De bedoeling is om lezers die opzien tegen het lezen van poëzie duidelijk te maken dat hoe gedichten gelezen en gewaardeerd worden een veelal persoonlijke zaak is. En door wat meer achtergrondinformatie te geven over het fenomeen gedicht probeert ze handvatten te geven om te kunnen ontdekken waarom bepaalde gedichten meer aanspreken dan andere. Niet elk gedicht hoeft begrepen te worden, terwijl het soms wel op de een of andere manier aanspreekt. In het boek beschrijft ze onder andere een aantal speurtochten van zichzelf naar de achtergronden van een onbegrepen gedicht.Het boek wil ook geen bloemlezing of poëziegeschiedenis zijn. De structuur wordt bepaald door de items op de omslag volgend op de regel Een gedicht is... Zoals: ook maar een ding, dat het hart beroert, dat zich soms aan regels houdt (en soms niet). Elk in een eigen hoofdstuk. En dat is inderdaad een eigenzinnige, maar zeer effectieve methode.
De literatuurgeschiedenis, zoals ik die onderwezen kreeg op de middelbare school, behandelde de stof strak in perioden, vanaf de Middeleeuwen naar het (toenmalige) heden. Pas toen de Middeleeuwen klaar waren, gingen we over naar de volgende periode. Daarbij werden alle genres tegelijk behandeld. Daar valt iets voor te zeggen (al was het soms wel erg saai zo), maar als poëzie het hoofdonderwerp wordt, is de methode van L.P. aan te bevelen. Ik gun veel scholieren van nu dit boek!
Voor elk van de hoofdstukken is een thema gekozen. Bijvoorbeeld ...dat zich soms aan regels houdt en soms niet. De gedichten die L.P. hiervoor koos, bestrijken alle perioden. Ze maakt duidelijk om welke regels het aanvankelijk ging, hoe die in de loop der tijd anders gehanteerd werden of zelfs verworpen voor nieuwe inzichten. De achtergronden daarvan, de gemeenschappen van dichters die bepaalde regels nastreefden of juist afwezen komen aan de beurt. Zo komen analyse, geschiedenis en techniek toch bij elkaar binnen een onderwerp.
Bij een volgend thema komen weer andere historische of analytische zaken naar voren. Dat maakt het lezen afwisselend en boeiend. Gedichten uit verschillende perioden worden binnen het thema met elkaar vergeleken, om dan bijvoorbeeld te kunnen concluderen in ...dat het hart beroert er door de eeuwen heen niet veel veranderd is.
Ik zal niet alle hoofdstukken apart beschrijven. Wie het boek uit heeft, zal ongetwijfeld van nu af aan anders naar gedichten kijken en ze op een andere, minder krampachtige manier benaderen. Daarnaast heeft men op een plezierige manier, ongemerkt, toch heel wat opgestoken (of opgefrist) van de poëziegeschiedenis en -analyse. Achterin het boek staat een register met alle geciteerde dichters en poëzietermen. Het laatste hoofdstuk heeft als titel: Handige vragen bij het lezen van gedichten, gevolgd door een begrippenlijst. Een nuttige toegift.
Wie weet durven nu meer leesclubs het aan om eens samen over een dichter of gedicht te spreken. Daarbij kan dit boek mooi als ingang dienen.
Er ontbreekt in de serie van Lidewijde Paris nog 1 onderwerp. En ik zou ook dat graag eens lezen. Wie weet komt er ook nog: Hoe kijk ik naar toneel?
©Jannie Trouwborst, december 2021.
vrijdag 26 november 2021
Jannah Loontjens - Schuldig
Jannah Loontjens (1974) is in Denemarken geboren. Ze groeide op in Zweden en Nederland en studeerde filosofie. Naast dicht- en essaybundels publiceerde ze 4 romans. Schuldig is een introspectieve zoektocht naar de redenen voor haar voortdurende schuldgevoelens. De ondertitel luidt dan ook: Een verkenning van mijn geweten.
Aan de hand van een dilemma over het kerstbezoek aan haar moeder neemt Loontjens ons mee op een zoektocht door haar leven. Haar moeder woont alleen in Frankrijk en verwacht dat Jannah met haar kinderen de kerst bij haar door komt brengen. Maar daar voelt ze niet veel voor. Ze gaat liever naar haar tante in Nederland die haar ook uitnodigde. Ze weet niet hoe ze het haar moeder moet vertellen, omdat ze er vanuit gaat dat die teleurgesteld en/of boos zal zijn. Niet alleen omdat ze niet komt, maar ook omdat ze dan wel naar haar moeders zuster gaat. Het boek begint ermee dat Jannah zich af gaat vragen waar dat eeuwige schuldgevoel toch vandaan komt.
Om dat te onderzoeken, blikt ze terug op haar leven. Haar jeugd in Zweden, de scheiding van haar ouders. De verhuizing naar Nederland, haar middelbare schooltijd en recalcitrante pubertijd. De vrijgevochten periode daarna, waarbij ze zich danig in de nesten werkt. Een gewelddadige relatie waar ze maar moeilijk uit kan breken. Tot en met het huidige tijdperk, waarin het klimaat onder druk staat en er maatschappelijke problemen zijn. Met steeds dezelfde vragen: waarom voelt ze zich toch altijd overal schuldig over? En waarom over sommige zaken juist helemaal niet? Is dat reëel, is dat nodig? Kan ze daar vanaf komen?
Ze gaat te rade bij filosofen en psychoanalytici. Duikt in haar familiegeschiedenis. Is het erfelijk? Of misschien zelfs cultureel bepaald door de religieuze grondslagen van onze maatschappij? En steeds komt het dilemma van de kerstbijeenkomst terug, als een spannende rode draad in het betoog. Ze bevraagt tenslotte haar moeder over diens schuldgevoelens. Het laatste hoofdstuk heeft de titel: Verzoening, met daaronder: misschien het meest met mezelf.
Dit zeer persoonlijke verhaal is op een aantrekkelijke manier geschreven. Het verveelt nergens en is niet te hoog gegrepen voor wie niet thuis is in de filosofie of psychologie. Het boeit en biedt herkenningspunten. Voor mij althans. Mijns inziens hebben vrouwen ook vaker schuldgevoelens dan mannen. Maar misschien vergis ik me. Het is beslist geen zelfhulpboek in de trant van Hoe word ik mijn schuldgevoelens de baas. Wel zet het aan tot nadenken over het fenomeen. Daarom is het een aanrader voor iedereen die geïnteresseerd is in waar schuldgevoelens vandaan (zouden kunnen) komen en hoe daarover door filosofen en psychologen gedacht wordt. En welke invloed ze kunnen hebben op het persoonlijke leven.
Jannah Loontjes - Schuldig: een verkenning van mijn geweten. Amsterdam, Podium, 2021. Pb., 238 pg., lit. opg. ISBN: 978-94-6381-023-4.
© Jannie Trouwborst, november 2021.
zondag 21 november 2021
Rinus Spruit - De verlossing van Jacob Smallegange
Van Rinus Spruit (Nieuwdorp, 1946) kan met recht gezegd worden dat hij een laatbloeier is, maar zeker geen eendagsbloem. In 2008 verscheen ter gelegenheid van de Week van het Zeeuwse boek zijn debuut als Zeeuws boekenweekgeschenk onder de titel: Zwieg stille. In 2009 herdrukt Cossee het boek met als titel De rietdekker, een familiegeschiedenis. Daarna verschijnt er met enige regelmaat een nieuw boek van zijn hand: Een dag om aan de balk te spijkeren (2013), Broeder schrijf toch eens (2017) en De wonderdokter Albert Willem van Renterghem (2019).
Meestal put hij uit zijn eigen leven om een boeiend verhaal te vertellen. Daardoor ontstaat de verleiding elk volgend boek ook als autobiografisch te willen duiden. Helaas werd daarop teveel nadruk gelegd naar mijn smaak in het interview over De verlossing van Jacob Smallegange, dat te zien was bij het boekenprogramma Brommer op zee. Dat bracht de schrijver in verlegenheid en deed het boek tekort. Laten we het daarom hier maar meer over de inhoud hebben.
Gerard Strobrand en Jacob Smallegange
Het onderzoek boeit hem, geeft hem weer een doel. Maar toch mist er iets: een maatje, liefst een vrouw, om zijn oude dag mee te delen. Even lijkt dat te lukken als hij Martha leert kennen, hij trekt zelfs een paar jaar bij haar in. Maar het noodlot en zijn eigen tekortschieten in de omgang met vrouwen werken tegen. Steeds weer hoort hij zijn vader zeggen: "Jongen, jongen, jongen toch."
Het wegrestaurant wordt weer zijn vaste stek. Somber wordt hij ervan. Dan ziet hij tot zijn verrassing een paar dagen achter elkaar een ooievaar lopen op het grasveld bij het restaurant. Die avond neemt hij een besluit: hij gaat een verhaal schrijven over de verzonnen Jacob Smallegange, vroedmeester in Zuid-Beveland. Daarin kan hij alle verzamelde informatie over bevallingen en kindersterfte in de tijd van zijn grootmoeder kwijt. Als het af is, vraagt hij een typiste het voor hem uit te tikken. En weer raakt hij even in de veronderstelling dat er nog hoop is voor hem op een maatje.
"Morgen, dacht hij, als het typen is voltooid, dan is er ruimte en rust. Dan kunnen we afstand van Smallegange nemen, want dan is hij bezorgd en onderdak. Dan kunnen we elkaar leren kennen. De typiste intrigeerde hem. Ze had iets mysterieus. Ze kwam graag bij hem. Zij zou de leegte die Smallegange achterliet kunnen opvullen. Die gedachte was de laatste dagen door zijn hoofd gegaan. We hebben elkaar nodig, dacht hij. Samen kunnen wij tot ontplooiing komen."
Als hij daar op de laatste dag werk van wil maken, zegt ze terloops dat ze niet van katten houdt. De klik die hij dacht te voelen is meteen over. Hij zoekt zijn vertrouwde plekje in het wegrestaurant weer op en bekijkt het vertrouwde uitzicht. Morgen zal hij het manuscript opsturen naar 15 uitgeverijen. Er zal er toch wel één zijn die het uit wil geven? Helaas is er geen vogel te zien, ook de ooievaar niet van maanden geleden. Het is een bevlieging geweest, denkt hij.
Aan ons om te bedenken of dat op zijn laatste mislukte avance slaat of op het schrijven van het verhaal over Jacob Smallegange.
Een verhaal in een verhaal
Rinus Spruit schrijft een verhaal over Gerard Strobrand die een verhaal schrijft over Jacob Smallegange. Wie de autobiografische boeken van Rinus Spruit heeft gelezen, zal bepaalde persoonlijke zaken herkennen in Gerard Strobrand. En Gerard Strobrand heeft op zijn beurt weer een connectie met Jacob Smallegange.
Wat de drie mannen gemeen hebben zijn de omstandigheden op latere leeftijd: eenzaamheid, het missen van een levensgezel en een doel in het leven breken hen op. Hoe voelt dat, hoe denk je terug, hoe herpak je jezelf. Rinus Spruit schrijft daarover in een authentiek verhaal en vervlecht daarin ook nog eens een interessant onderzoek naar de omstandigheden in de kraam- en zuigelingenzorg in de tweede helft van de 19de eeuw.
Het is duidelijk dat Rinus Spruit zijn draai gevonden heeft in het schrijven. En dat hij plezier heeft in het uitpluizen van historische, liefst medische, onderwerpen. Dat bewees hij al met De wonderdokter Albert Willem van Renterghem, naar een dagboek van de Zeeuwse Plattelandsarts Van Renterghem, de man die de hypnose en de psychoanalyse in Nederland introduceerde.
Terwijl Gerard Strobrand twijfelt aan zijn literair talent, hoeft zijn bedenker dat zeker niet te doen. Met De verlossing van Jacob Smallegange heeft Rinus Spruit weer een fijn boek geschreven. Hij heeft een vlotte pen, schrijft met mededogen en humor en leert ons terloops ook nog het een en ander.
"En dan waren er nog de schapen op de Zeedijk. Ze lagen boven op de dijk te herkauwen in de zon, hun lichaam lichtjes schuddend op het ritme van hun hartslag. Soms liepen ze een eindje mee. Gerard had steun aan hen omdat ze in al hun wijsheid lieten weten dat ze het ook niet wisten. Driemaal kwam Gerard een gedicht van Hans Warren tegen. Manshoge pagina's die uit de dijk leken te groeien. De letters waren uit een metalen plaat gefreesd, de wind waaide door de gedichten heen." [...] "De pagina wiegde lichtjes in de wind. De plaat was verroest, maar dat zou Warren niet erg gevonden hebben, het hoort bij het leven, mensen verroesten ook naarmate ze ouder worden."
Rinus Spruit - De verlossing van Jacob Smallegange. Amsterdam, Cossee, 2021. Pb., 155 pg. ISBN: 978-90-5936-986-3.
© Jannie Trouwborst, november 2021.