maandag 13 juni 2011

Gerrie Hondius - Ik ontmoette een man

Juni 2011 - waardering: 6

Inleiding

Wat een verrassing: 35 pakketten met alle vijf de te beoordelen debuten van dit jaar voor de Academica Literatuurprijs (ALP) werden onlangs verloot en ik bleek èèn van de winnaars te zijn. Ik ben er echt blij mee, omdat ik verwacht dat ik dit jaar van bijna àlle boeken zal kunnen genieten. Dat is nog niet eerder het geval geweest.

Als derde koos ik voor Gerrie Hondius - Ik ontmoette een man. Een aardig boekje, niet te dik, niet te zwaar, leuk voor tussendoor. En daarin klinkt meteen mijn oordeel al een beetje door. Ik vraag me af of het wel in de shortlist van de ALP thuis hoort.

Inhoud

Ik ontmoete een man is geen roman, ook geen verhalenbundel: het is een verzameling miniatuurtjes die meestal uit 1, soms uit 2 en een enkele maal uit 3 bladzijden bestaan. Ze beginnen bijna allemaal met de zin: Ik ontmoete een man. 

Leeservaring

Het is goed te merken, dat Gerrie Hondius ook schildert en striptekeningen maakt: mannen (èn vrouwen) wordend heel treffend neergezet in zo'n ultra kort verhaaltje. De situaties zijn geregeld heel herkenbaar, maar vooral hilarisch. Soms laten ze je met weemoed (of schaamte) terugdenken aan je eigen ervaringen en relatieperikelen. Niet onprettig lezen dus, maar voor de ALP toch een maatje te klein.

Ik vroeg me af hoe dit boekje tussen de andere titels terecht gekomen is. Het toeval wil dat Gerrie Hondius de enige vrouw op de shortlist is en dat de organisatie van de ALP er nogal een punt van maakt, dat bij hen het publiek de doorslag geeft bij de toekenning van de prijs en dat van alle tot nog toe uitgereikte prijzen (15) meer dan de helft (8) naar vrouwelijke auteurs ging. Terwijl bij de toekenning van alle andere literaire prijzen vrouwen ver in de minderheid zijn. Dan moet men er bij de vaststelling van de shortlist ook wel voor zorgen dat er voor een vrouw te kiezen valt. Overigens kreeg ik geen antwoord op mijn vraag via Twitter hoe de samenstelling van de publieksjury was: waarschijnlijk is het percentage vrouwen daarin groot. Ook dat zou van invloed kunnen zijn op de keuze voor een winnares. Waarmee nog nìets gezegd is over de oorzaak van het ontbreken van vrouwen bij de overige literaire prijzen.......

Toch vraag ik me oprecht af of er echt geen andere vrouwelijke auteur voor de shortlist in aanmerking kwam. Bij Leestafel.info worden elk jaar alle debuten die meedingen naar de APL (vaak meer dan 80!!) gelezen. Ik zou van hen wel eens willen horen of ze een andere vrouwelijke auteur kunnen noemen die dit jaar eigenlijk niet had mogen ontbreken op de shortlist.

Tussenstand

Na het lezen van 3 debuten voor de ALP is mijn voorlopige volgorde: 1. Bart Vercauteren - Het graf van de voddenraper, 2. Menno Lievers - De val van Hippocrates en 3. Gerrie Hondius - Ik ontmoette een man.

Gerrie Hondius - Ik ontmoette een man. Amsterdam, Contact, 2010. Paperback, 2e dr., 165 pg., isbn: 9789025470067.

©JannieTr, 13 juni 2011.

woensdag 8 juni 2011

Menno Lievers - De val van Hippocrates


Mei 2011 - waardering: 7-.

Inleiding

Een heel dubbel gevoel had ik na het lezen van De val van Hippocrates. Het eerste deel van het boek boeide me voldoende om door te willen lezen. Daarna begon ik me af en toe te ergeren, leek het me allemaal wat teveel van het goede. Het slot daarentegen maakte weer veel goed.

Als kernjurylid van de Academica Literatuur Prijs word ik geacht een weloverwogen oordeel te geven. En dat vond ik in dit geval niet eenvoudig. Geheel tegen mijn gewoonte in heb ik daarom, vooraf aan mijn recensie, een interessant interview met Menno Lievers bekeken over De Val van Hippocrates. Daar heb ik geen spijt van. Het verklaart iets van mijn aanvankelijke bezwaren, maar het neemt ze niet allemaal weg.

Het verhaal

Tijdens een wandeling in de bergen heeft de dertienjarige Erik Liefco zijn broer naast zich in de afgrond zien storten. Mentaal is hij in de val meegesleurd en moet hij zijn leven vanuit de diepte weer opbouwen. Door te kiezen voor het beroep van arts probeert hij niet alleen vergeving te krijgen van zijn moeder, maar ook van zichzelf. Vanwege een tekort aan opleidingsplaatsen is hij gedoemd basisarts te blijven. Zijn vriendin raadt hem aan afscheid te nemen van de geneeskunde, maar Liefco wil nog één poging wagen een plek te veroveren. Als hij zijn optreden als arts onverwacht moet verdedigen, rijst opnieuw de vraag: is Liefco een schuldig mens? (tekst achterflap).

De leeservaring

De structuur van het verhaal is helder: chronologisch wordt in de verleden tijd door een ik-verteller de verloop van de gebeurtenissen vertelt. De sporadische flashbacks hebben vooral betrekking op het ongeluk met het broertje. Het verhaal begint op de eerste werkdag van Liefco als arts-assistent, niet-in-opleiding, in een academisch ziekenhuis in een grote stad. Lievers schetst een onthutsend beeld van de medici waar hij mee samen moet werken. Minachting of op z'n minst onverschilligheid jegens de patiënten, onkunde, fraude, non-collegialiteit, statusdwang, er gaat een beerput open waarin je als patiënt, ondanks vermoedens, misschien liever geen blik geworpen had. Liefco is volgens zijn collega's te "lief" voor zijn patiënten, hij dient ze meer als objecten te beschouwen: zieke lichamen. Maar zo'n dokter wil en kan hij niet zijn. Hij doet zijn best, wordt nergens in gesteund, voelt dat zijn kennis nog te kort schiet voor de verantwoordelijkheid die hij toegeschoven krijgt, maakt fouten. Tot overmaat van ramp prikt hij zich per ongeluk met een met Hiv-geïnfecteerde naald. 

Naarmate het verhaal vorderde,  kreeg ik het gevoel dat er overdreven werd. Dat de werkelijkheid in een ziekenhuis zo erg niet kon zijn. Ernstige overdrijving kan omslaan in absurditeit of  hilariteit, iets wat absoluut niet bij dit onderwerp past. Dat verklaarde mijn ergernis. In het interview vertelt Lievers echter dat er niets overdreven is, dat zijn redacteur er zelfs nog stukken uit gehaald heeft, omdat hij het teveel van het goede vond. Een schokkende constatering en begrijpelijk dat Lievers het allemaal op heeft willen schrijven. Maar toch is het m.i. iets teveel van het goede. Met minder wantoestanden had hij ook zijn punt wel gemaakt. Een beginnersfout?

Liefco bedoelt het allemaal zo goed, maar het zit hem allemaal tegen: zijn relatie loopt stuk, hij legt het aan met verschillende verpleegsters, trouwt met een Colombiaanse heor om haar aan een baantje in het ziekenhuis te kunnen helpen, waarna ze cocaïne gaat smokkelen. Hij raakt verstrikt in zijn oude drankprobleem. Er sterven patiënten, door zijn onoplettendheid, door toeval of door toedoen van anderen die hem dat in de schoenen proberen te schuiven. En hij blijkt inderdaad aids ontwikkeld te hebben. Dat heeft invloed op de manier waarop hij met vrouwen omgaat en al hebben de s@xscènes daardoor zeker een functie, toch komen ook die naar mijn smaak wat te veelvuldig en uitgebreid voor. Dat alles mondt uit in een proces dat lijkt op dat van Lycia de B. Alles wat hem is overkomen wordt tegen hem gebruikt. Toch voelt hij zich nog steeds schuldig en nu aan veel meer dan alleen het ongeluk dat zijn broer overkwam.

Tot echt uitgewerkte karakters komt het helaas niet. Vooral de collegae neigen naar typetjes en de verschillende vrouwen komen niet echt uit de verf. Ook de patiënten blijven bij-figuren, terwijl we, ondanks het ik-perspectief, ook Liefco niet echt leren kennen. We weten iets van zijn drijfveren, zien zijn onbeholpenheid en onzekerheid, zijn naïviteit, zijn waanideeën. Maar toch begrijpen we uiteindelijk wel waarom het verhaal moest eindigen, zoals het eindigt.

De stijl is over het algemeen nogal afstandelijk en zakelijk. Ontroerend beschreven is echter het optreden van Liefco rondom de bevalling van een in de buik overleden baby. En vooral ook het hoofdstuk Slot. Op de valreep wordt Liefco een echt mens, wordt het mogelijk mee te leven met deze gekwelde persoon en hem het slot te gunnen, waar hij naar toe leefde

Debuten zijn te verdelen in drie categorieën. Het droomdebuut: een boek dat helemaal goed is, een bestseller, met als nadeel dat evenaren of overtreffen moeilijk zal worden. Dan het debuut dat er mee door kan, maar dat eigenlijk zelden opgevolgd wordt door een veel beter boek. En tenslotte het veelbelovende debuut: een boek dat het nog net niet helemaal heeft, maar dat genoeg potentie heeft om te verwachten dat het volgende beter zal zijn. Ik zou De val van Hippocrates tot die laatste categorie willen rekenen.

Menno Lievers - De val van Hippocrates. Amsterdam, De Bezige Bij, 2010. 2e dr., 284 p., isbn 9789023454618

©JannieTr, 8 juni 2011.


dinsdag 7 juni 2011

Thomas Verbogt - Perfecte stilte

Mei 2011 - waardering: 5,5.

Inleiding
Het is jammer, maar het lijkt er niet op dat het ooit wat worden zal tussen Thomas Verbogt en mij. In december 2007 las ik Eindelijk de zee en ik was er niet van onder de indruk. Onlangs won ik bij een prijsvraag van VPRO-boeken Perfecte stilte. Bij Brands met Boeken zag ik het interview over dit boek met de auteur en ik besloot hem nog een kans te geven, deze aardige, wat verlegen man. Maar helaas. Weer kon het mij niet bekoren, als ik eerlijk ben moet ik zeggen, dat het me nog minder beviel dan Eindelijk de zee....


Flaptekst

Documentairemaker David Kromweg heeft een half leven achter zich als hij op een dag de moeder van zijn jeugdvriendin tegen het lijf loopt. Het confronteert hem met een verleden dat nog steeds niet afgesloten blijkt. Hij zou een bekentenis moeten doen, maar heeft er de moed niet voor.
Als hij echter kort daarna in een gevaarlijke situatie belandt waarin hij zich anders gedraagt dan hij voor mogelijk hield, breekt er in hem iets open. (NieuwAmsterdam).

Samenvatting

Simon, David en Valerie waren vrienden. Op een dag plecht Valerie zelfmoord. David weet als enige waarom, maar vertelt dat niemand, ook haar ouders niet. Als hij haar moeder jaren later tegenkomt, schaamt hij zich, omdat hij daar weer over liegt en hij belooft haar om weer eens op bezoek te komen. Terwijl hij op weg is naar een afspraak loopt hij langs een steeg, waarin hij in een ooghoek iets ziet gebeuren. Zonder nadenken gaat hij er op af om een vrouw te helpen die belaagd wordt door drie mannen. Het loopt voor beiden niet goed af. Hij belandt in het ziekenhuis. Hij is er zelf verbaasd over dat hij zo "moedig" was te proberen in te grijpen. Misschien voelde hij zich nog schuldig, omdat hij niet ingegrepen heeft toen hij Valerie moest helpen?
Als hij het ziekenhuis verlaat, neemt hij zich voor een heel ander, eerlijker leven te gaan leiden. Hij is bezig met verschillende documentaires, vooral met vrouwen in de hoofdrol, heeft contact met verschillende goede vriendinnen/een minnares/een vrouwelijke collega en allemaal dragen ze hun steentje bij aan zijn psychologische ontwikkeling en ommezwaai. De vrouw waar hij al tien jaar mee samen is laat hem inzien dat ze eigenlijk niets meer hebben samen en dat opbreken beter is. Dus besluit hij dat alles anders moet. Hij brengt de moeder een bezoek, maar vertelt haar nog niet wat hij weet. Dan zoekt hij de vader op, waarvan hij vernam dat die geestelijk verward zou zijn en zwijgend in een verzorgingshuis zit. Hij houdt een monoloog tegen de man en laat hem merken dat hij alles weet en dat hij hem schuldig acht aan haar zelfmoord.
Als hij uiteindelijk moed genoeg heeft gevat om de waarheid (die de lezer inmiddels ook vernomen heeft) aan Valerie's moeder te gaan vertellen, is deze zwaar ziek en verzwijgt hij de pijnlijke waarheid om haar in vrede te kunnen laten sterven: ze hield immers van haar man.
Daarna volgt een happy-end, dat ongeloofwaardig is.

Leeservaring

Mijn eerste bezwaar: er zat totaal geen spanning in het verhaal. Aan het begin lezen we over een zelfmoord waarvan de hoofdpersoon meer weet. Daarna stort hij zich op een onbegrijpelijke wijze in een vechtpartij. Een logische verklaring daarvoor is niet te bedenken: hij weet zelf niet waarom  en de ommezwaai en het nadenken over zijn leven die een verklaring zouden kùnnen zijn voor deze actie komen pas LATER, als hij uit het ziekenhuis komt. Onbewuste drijfveren (schuldgevoel, dit keer wel moedig zijn) worden waarschijnlijk geacht hem te drijven, maar overtuigend is het niet.
Dan komt er weer een stukje informatie door zijn bezoek aan de vader: die lijkt te weten waarom zijn dochter zelfmoord pleegde. Maar door alle tussendoortjes: de bezoeken aan en gesprekken met diverse vrouwspersonen, die hem allemaal inzicht moeten geven in wie hij is en hoe hij nu verder moet met zijn leven, halen de spanning uit het verhaal. Als we tenslotte lezen wat er gebeurd is en waarom hij zich zo schuldig voelt, dan voelt dat niet meer als een verrassende plot.

Een tweede bezwaar: het happy-end komt volkomen uit de lucht vallen. Het ziet er allemaal te geconstrueerd uit. Er is een geheim dat in stukjes moet worden onthuld. Zijn eerste vriendinnetje kon hij niet beschermen, de vrouw in de steeg ook niet, maar hij heeft het tenminste geprobeerd. En nu besluit hij, aangemoedigd door vele vrouwen,  alles anders te gaan doen. Hij zoekt de vrouw uit de steeg op en vertelt haar het geheim. Ze is blij dat hij het haar verteld heeft en vertelt hem waardoor de mishandeling in de steeg ontstond.  Hij herkent in haar een soul-mate en ze leefden nog lang en gelukkig.

Wat ik schreef n.a.v. Eindelijk de zee is voor mij ook op dit boek van toepassing:
Het verhaal zelf vind ik absoluut niet meeslepend, eerder traag en saai, terwijl er toch genoeg dramatische momenten in zitten die het spannend zouden moeten maken. De vertelstijl is daarvoor echter te vlak. De structuur is rommelig. Niet alleen de hoofdstukken springen heen en weer in de tijd, ook binnen de hoofdstukken is de chronologie nogal grillig. Dat leest niet prettig. En tenslotte teveel gefilosofeer en gedachtestromen in te lange, ingewikkelde zinnen.
Misschien is het wel een diepzinniger betoog dan ik bij een eerste lezing kan ontdekken. En misschien verdient het een tweede lezing met meer aandacht voor de onderliggende thema’s. Maar omdat het mij op dit moment nergens echt aanspreekt, laat ik het hier voorlopig maar even bij, ondanks de redelijk gunstige recensies.

Daar wil ik nog aan toevoegen: inmiddels heeft Thomas Verbogt een indrukwekkend aantal titels op zijn naam staan. Als er daar èèn bij is, waarvan iemand denkt dat die wel aan mòet spreken, dan wil ik die nog wel proberen. Maar als dat ook niets wordt, dan houd ik het er maar op, dat smaken nu eenmaal verschillen.

Thomas Verbogt - Perfecte stilte. Amsterdam, Nieuw Amsterdam, 2011. Paperback, 207 p., isbn: 9789046809846.

© JannieTr.