woensdag 18 april 2012

Jan van Mersbergen - De Hemelrat


April 2012 - waardering: 7,5.

Inleiding

Tijdens de Boekenweek 2012 schreef uitgeverij Cossee elke dag een wedstrijdje uit, waarmee een boek te winnen viel. Ik was één van de gelukkigen: ik won een boek naar keuze van Gerbrand Bakker. Ik trok de stoute schoenen aan en vroeg of het ook van een andere Cossee auteur mocht zijn: ik heb nl. alle denkbare titels van G.B al in de kast staan, soms zelfs in verschillende uitgaven. Niet zo lang geleden ontdekte ik Jan van Mersbergen: ik was meteen weg van zijn manier van schrijven. Dus vroeg ik om De hemelrat. Dat kon. Tot mijn verrassing ontving ik zelfs 2 boeken, De macht over het stuur (2003) zat er ook bij. En zo kwam na De grasbijter (2001) en Zo begint het (2009), De hemelrat (2005) aan de beurt.

Samenvatting

Edward, een werkstudent in een ziekenhuis, neemt stiekem een proefdier, een rat, mee naar huis. Nora, een meisje dat hij ontmoet, vraagt hem goed voor het diertje te zorgen. Zij blijkt regelmatig op bezoek te gaan in het ziekenhuis, zeer bezorgd om haar vriend die aan kanker lijdt. Edward op zijn beurt treurt om een geliefde die hem heeft verlaten. Edward en Nora zoeken en vinden (naar blijkt voor een korte tijd) troost bij elkaar waarbij het ratje, dat geluk zou brengen, een belangrijke rol speelt, met als achtergrond het werk en de mensen in het proefdierenlaboratorium en in het ziekenhuis. Heel subtiel worden de gevoelens en de ontmoetingen van de hoofdpersonen, alsmede het bijna onverbiddelijk einde getekend in een zeer goed daarbij passende stijl. (Biblion).

Leeservaring

Wat is het toch met de schrijfstijl van J.v.M. dat maakt dat ik bij elk boek opnieuw het verhaal in getrokken word en tot het eind geboeid blijf? Ik denk dat ik het langzamerhand begin door te krijgen. Ogenschijnlijk beschrijft hij uitermate nauwkeurig en uitgebreid hoe zijn personages zich gedragen, waar ze zich bevinden, hoe hun omgeving eruit ziet. Gedachten en gevoelens worden echter niet of nauwelijks benoemd. En toch gebeurt er iets met je als lezer: de beschrijvingen zijn niet zo onschuldig als ze lijken. Eronder ligt een onzichtbare, maar invoelbare wereld verborgen. De lezer trekt zijn eigen, subjectieve conclusies en creëert zo zijn eigen ideeën over de hoofdpersonen, over hun gedachten en gevoelens en onderlinge relatie. En omdat het slechts vermoedens zijn, wil je ze als lezer graag bevestigd zien en dus blijf je tot de laatste bladzijde geboeid. Er zijn schrijvers die beweren dat een boek tweemaal geschreven wordt: eenmaal door de auteur en eenmaal door de lezer. Voor de boeken van J.v.M. gaat dat zonder meer op.

Maar hoe zit het met de karaktertekening, als er zo weinig verteld en zo veel "geraden" moet worden over de gedachten en gevoelens van de personages? Dit verhaal wordt verteld vanuit een personaal perspectief dat bij uitsluitend bij Edward ligt. Door de bovengenoemde schrijfstijl vormen we ons eigen beeld van deze jongen. Dat lukt vrij aardig: een gevoelige, zwijgzame jongen, slim genoeg om te gaan studeren, maar zonder motivatie. Lam geslagen door zijn verbroken verkering, met heimwee naar zijn geboortedorp, eenzaam in de grote stad, zonder vrienden. Werkstudent in een proefdierenlaboratorium, met weinig contact met zijn collega's. Omdat hij het ratje niet wilde doden (hij vond het in een kooi die schoongemaakt moest worden) neemt hij het mee naar huis. Hij vindt het wel prettig iets van leven om zich heen te hebben.
Van Nora, zijn tegenspeelster, is het moeilijker een beeld te vormen. De lezer ziet haar alleen door zijn ogen en moet net als Edward gissen naar wat er aan de hand is en hoe de zaken zich verder ontwikkelen. Ook dat schept een band tussen de lezer en Edward.
Alle andere figuren blijven vrij vaag: alleen Tom komt iets meer tot leven uit de gesprekken die ze met elkaar voeren.

Het is Tom die hem vertelt dat er een fabel bestaat dat zwarte ratten geluk brengen, dat er in India zelfs tempels zijn waar ze vertroeteld en aanbeden worden. Edward weet niet of hij het geloven moet, maar Nora gelooft er blijkbaar wel in. Vanaf dat ze hem met de rat ontmoet in de tram is ze goede maatjes met het dier. Ze neemt hem ook een keer mee naar het ziekenhuis waar haar ernstig zieke vriend ligt. Daaruit is de titel te verklaren: De hemelrat.

Het verhaal wordt chronologisch verteld, maar aanvankelijk veel en later regelmatig onderbroken door korte flashbacks over de tijd in zijn geboortedorp, veelal opgeroepen door associaties met geuren of geluiden in het lopende verhaal. Ze gaan vaak over Elizabeth, zijn ex-vriendin, over de boerderij van haar vader, over hun onafscheidelijkheid, over de omgeving waar hij opgroeide. Over de breuk die hij nog steeds niet begrijpt.

Is er een bepaald thema in het verhaal? Na 3 boeken van J.v.M. gelezen te hebben krijg ik de indruk dat er één thema is dat ten grondslag ligt aan al zijn boeken (ik zal wel merken bij het lezen van de resterende 3 of dat zo is).  Het onvermogen tot werkelijke communicatie en miscommunicatie. En in het verlengde daarvan verwachtingen en illusies. Als ik me beperk tot dit boek: in de plot van het verhaal wordt duidelijk dat zowel tussen Nora en Edward, als tussen Elizabeth en Edward heel wat verkeerd begrepen en geïnterpreteerd is. Als gevolg daarvan speelt ook eenzaamheid een belangrijke rol. Wie niet in staat is tot echte communicatie zal problemen hebben met het aangaan en onderhouden van relaties en de kansen er wat aan te doen voorbij laten gaan. Wat dat betreft zijn er zeker parallellen te trekken met de Grasbijter en Zo begint het. In dit verhaal was een mooie rol weggelegd voor de troost: Nora en Edward zoeken troost bij elkaar in hun grote verdriet. Voor Edward groeit hun verhouding langzaam tot verliefdheid, voor Nora niet. Hem blijft de hemelrat als maatje en troost.

Kortom: weer een mooi en boeiende boek. Enige minpuntje vond ik het grote aantal korte flashbacks in het begin, ze kwamen een beetje gekunsteld over. Verder niets dan lof.

Jan van Mersbergen - De hemelrat. Amsterdam, Cossee, 2005. Geb., 175 pg. isbn: 90-5936-066-4.

© JannieTr, 18 april 2012.

maandag 9 april 2012

Hans Buddingh - De geschiedenis van Suriname

April 2012 - Waardering: 8,0.

Inleiding

Een goede vriendin, die wist dat ik Suriname als thema voor de leeskring gekozen had dit seizoen, maakte me attent op de hernieuwde uitgave van een standaardwerk over Suriname: De geschiedenis van Suriname door Hans Buddingh. Hoewel ik al eerder een zeer toegankelijk boek over de geschiedenis van Suriname besprak: De geschiedenis van Suriname - Walburg pers wil ik dit boek hier ook noemen voor wie zich uitgebreider wil informeren.

Samenvatting

Suriname werd in 1975 onafhankelijk. Nog geen vijf jaar later pleegden militairen een staatsgreep. Daarna bepaalden de Decembermoorden, drugshandel, een binnenlandse oorlog en economische teloorgang ons beeld van het voormalige Nederlandse rijksdeel. Wat een modeldekolonisatie had moeten worden, was jammerlijk mislukt. In 2010 werd Desi Bouterse, veroordeeld wegens drugshandel en hoofdverdachte in het Decembermoordenproces, de democratisch gekozen president van Suriname. De fascinatie van buitenstaanders voor Suriname is er altijd geweest. Op een kaart werd de 'wilde kust' eind 16e eeuw aangeduid als 'het wonderbaer ende goudrijcke landt'. Slavenhandelaren met hun menselijke koopwaar en plantagehouders maakten van Suriname een wingewest, maar werden ook geconfronteerd met een heftige strijd van weggelopen slaven. Na de afschaffing van de slavernij volgde vanaf eind 19e eeuw immigratie van Hindoestaanse en Javaanse contractarbeiders ten behoeve van de plantage-economie, te midden van sociale spanningen en de roep om autonomie. In dit alom geroemde standaardwerk beschrijft Hans Buddingh' op heldere en boeiende wijze vier eeuwen Surinaamse geschiedenis. Hans Buddingh' studeerde economie en is als redacteur verbonden aan NRC Handelsblad. Hij bezocht voor deze krant veelvuldig Suriname. In 1994 schreef hij met Marcel Haenen het onthullende en geruchtmakende boek. De danser over het Surinaamse drugskartel en de banden met de Colombiaanse cocaïnemaffia (Achterkant omslag).

Leeservaring

N.B. Voor de volledige recensie verwijs ik naar de website van de Leestafel, waar ik een uitgebreidere versie voor maakte: De geschiedenis van Suriname


Volgend jaar is het 150 jaar geleden dat de slavernij in Suriname officieel werd afgeschaft. Op dit moment staat Suriname in het middelpunt van de belangstelling vanwege het aannemen van een amnestiewet die de huidige president Desi Bouterse moet vrijwaren van een veroordeling voor betrokkenheid bij de Decembermoorden van 1982. Dat er nu juist een herziene en uitgebreidere versie van De Geschiedenis van Suriname verschijnt is toeval, zegt de auteur in een interview.

 De 1ste druk van dit door deskundigen zeer betrouwbaar genoemde standaardwerk over de geschiedenis van Suriname verscheen in 1995. In 1999 en 2000 verschenen er geactualiseerde herdrukken. In deze 4e herziene druk uit 2012 is daar de periode 2000-2012 aan toegevoegd en de auteur is er van overtuigd dat er na 2015 opnieuw het een en ander bij zal komen. Dan is niet alleen bekend waar de amnestiewet toe geleid heeft, maar zijn er ook nieuwe verkiezingen met mogelijk een andere meerderheid die de amnestiewet desgewenst kan terugdraaien.

 Misschien wordt het dan ook tijd om eens na te denken over een opsplitsing in twee delen: met zijn 576 pg. is het boek nu al aan de dikke kant. Dat levert overigens geen bezwaren op wat betreft de uitvoering: een prettige lay-out met hier en daar een zwart-wit foto, tabel, landkaartje of grafiek. Ook met de leesbaarheid is niets mis: het boek heeft een duidelijke structuur en de schrijfstijl is onderhoudend. Wie echt in de geschiedenis van Suriname wil duiken, zal niet teleurgesteld worden: het boek leest vlot, verveelt geen moment en is toch uitermate volledig.

Ongeveer de helft van het boek beslaat de periode van de prehistorie (o.a. over de oorspronkelijke bewoners) tot begin 20ste eeuw. Over de transformatie van de plantage-economie en de weg naar autonomie en de onafhankelijkheid en alles wat daarna gebeurde, gaat de andere helft. Een uitgebreide, becommentarieerde literatuurlijst en de index vormen samen de laatste 90 blz. Een gedegen werk dus, maar desondanks niet helemaal volledig.

De focus van het boek ligt op de sociale structuur en de economische en politieke ontwikkelingen van Suriname in de loop der eeuwen. Dat is logisch, gezien de achtergrond van de auteur. En daarom ook is het op deze gebieden een belangrijk standaardwerk geworden.
Voor de cultuurgeschiedenis echter zullen andere bronnen geraadpleegd moeten worden. Want dat daarover een minstens zo dik boek geschreven kan worden, dat staat vast!

Hans Buddingh - De geschiedenis van Suriname. Amsterdam, Nieuw Amsterdam/NRC Boeken, 2012. Paperback, 4de herz. dr., 576 pg., met lit. opg en index. isbn: 978-90-468-1103-0.

©JannieTr, 9 april 2012.

zaterdag 7 april 2012

Cynthia McLeod - De vrije negerin Elisabeth, gevangene van kleur

Maart 2012 - waardering: 7,0.

Inleiding

Het seizoen 2011-2012 van de Leeskring Philippine staat in het teken van Surinaams-Nederlandse literatuur. We begonnen met De groeten aan de koningin (2006), het reisverslag van Karin Anema, om een beetje achtergrondkennis te verzamelen. Daarna de romans: Scheurbuik (2002) van Annette de Vries en  Solo, een liefde (2009) van Tessa Leuwsha, over de keuze van Surinamers tussen blijven of weggaan uit Suriname in de 2de helft van de 20ste eeuw. Het vierde boek was een klassieker: De stille plantage (1931) van Albert Helman, een historische roman die zowel de ellende van de slavernij, als het leven van de planters beschreef, de goedbedoelende en de hardvochtige.
Dit keer was de beurt aan een historische zedenroman met een uitzonderlijke vrouw in de hoofdrol: Elisabeth (1715-1771). Deze roman is gebaseerd op een wetenschappelijke studie van Cynthia McLeod. Het is tevens een zedenschets van de Surinaamse maatschappij in de 18e eeuw (en de beperkte kennis van de Nederlanders overzee van deze kolonie).

Samenvatting

De naam van Elisabeth Samson komt voor in grote historische werken over Suriname, omdat zij in 1764 wilde trouwen met een blanke man en hiervoor geen toestemming kreeg van het koloniaal bestuur. Wat jammer dat ze alleen om dit feit in de geschiedenisboeken genoemd wordt, terwijl ze veel andere belangwekkender zaken verricht heeft. Na een twaalf jaar durend, zeer intensief archievenonderzoek doet Cynthia Mc Leod uit de doeken welk een markante persoonlijkheid Elisabeth Samson geweest moet zijn. Mede daardoor is het Elisabeth gelukt op eigen kracht uit te groeien tot de rijkste vrouw van Suriname in het midden van de achttiende eeuw. Deze periode, die de Gouden Eeuw van Suriname genoemd wordt, werd de piek van de driehonderjarige slavernij. Negers werden uit Afrika gehaald, volgens de Bijbel waren ze voorbestemd slaven te zijn; ze hadden geen rechten, aangezien ze volgens blanke suprematie wel fysieke kracht, maar zeker geen intellect of gevoelens zouden hebben.
Hoe de vrije negerin Elisabeth zich heeft kunnen handhaven in die tegenstrijdige Surinaamse koloniale maatschappij, hoe ze heeft zaken kunnen doen ondanks haar kleur en wat ze daarbij gevoeld en gedacht moet hebben, is het onderwerp van deze boeiende roman. (Achterflap).

Leeservaring

Om met het oordeel van de leeskring te beginnen: het gemiddelde cijfer kwam uit op een 7,5 (ik koos hierboven toch voor een iets lager cijfer, omdat de stijl me iets tegenviel). Daar keek ik van op, omdat het een behoorlijk dik boek is en vooral de aanloop van het verhaal wat moeizaam is. Dat bleek ook het voornaamste bezwaar te zijn: men had liever een overzicht gehad met de ingewikkelde familiestructuur. Niet alleen liepen de bloedbanden nogal grillig (ook door verhoudingen tussen slavinnen en plantagehouders), daarnaast gingen vrije slaven andere namen gebruiken. Vrij kon een slaaf worden doordat zijn meester dat zo bepaalde (vaak vanwege een bloedband) of door geboorte: wie geboren werd uit een vrije slavin werd een vrijgeborene. En zo iemand was Elisabeth. Ten grondslag aan haar maatschappelijke succes lagen de opvoeding door een blanke man die met haar oudste halfzus was getrouwd. Dit huwelijk was wel toegestaan, omdat haar zus vrij en een halfbloed was (onecht kind van een planter). Zijzelf was een volbloed negerin. Mede door haar opvoeding logenstrafte ze alle vooroordelen: ze was intelligent en succesvol. Ze deed in niets onder voor blanke tijdgenoten, stak zelfs met kop en schouders op alle gebieden boven hen uit en dat was bedreigend.

De vragen bij dit boek staan elders op het weblog (kijk onder Suriname of discussievragen). Ze gaan zowel over de vorm als de inhoud. Hieronder een verslag van de discussies over enkele daarvan.

Wanneer een boek gebaseerd wordt op een jarenlange studie is dat vaak in de roman terug te zien. Men vond dat het meeviel: alleen aan het einde werd het wat rommelig. het was duidelijk dat McLeod niet af wilde wijken van de feiten, maar daardoor werden de beide laatst geïntroduceerde mannen een soort karikaturen. Haar obsessie persé te willen trouwen met een blanke werd bijna ongeloofwaardig, maar zo lagen nu eenmaal de feiten. Je zou het boek bijna kunnen beschouwen als literaire non-fictie, zo strak heeft McLeod zich aan de feiten gehouden.
Een uitzondering daarop vormt het dagboek van Elisabeth tijdens haar verblijf (verbanning) in Nederland. Niet alleen is dit fictie (er was geen dagboek), het is ook het deel waarin Elisabeth zelf aan het woord is en eindelijk echt gaat leven voor de lezers. Iedereen vond dit deel het aantrekkelijkst. Men was het erover eens dat het karakter van de andere hoofdfiguren niet echt uit de verf kwam.

Bij de bepaling van het genre werd unaniem gekozen voor historische roman. Daarnaast vond men het een zedenschets, van een echte psychologische roman was geen sprake. De meeste karakters bleven vaag en ook Elisabeth maakte niet echt een ontwikkeling door. Ze leek nogal op zichzelf gericht en haar obsessie: dezelfde rechten hebben als blanken. Maar niets over de emancipatie van andere gekleurde mensen. Ze had zelf ook slaven, al behandelde ze die over het algemeen iets beter, maar paste zich verder perfect aan aan de blanke maatschappij. Ze veroordeelde alleen onmenselijkheid, maar niet de slavernij op zich. Tot het eind van haar leven vocht ze slechts voor gelijke rechten voor zichzelf.

De titel is goed gekozen: gevangene van kleur. Door haar talenten en opvoeding logenstrafte ze alle vooroordelen over zwarte mensen, maar aan discriminatie viel weinig te doen. Dat is het basisthema van dit boek, naast de daarmee verbandhoudende negatieve thema's als slavernij, onderdrukking, kolonialisme en de positieve: emancipatie en doorzettingsvermogen.
Interessant is nog om op te merken, dat McLeod het aandurfde een historische roman te schrijven over een vernederende periode die de creoolse bevolkingsgroep het liefst doodzweeg. Als er al historische romans verschenen, dan gingen die over verzetshelden. Hier wordt echter een sterke zwarte vrouw opgevoerd, die haar rol opeiste in een kolonialistische maatschappij gebaseerd op slavenarbeid die ze als vanzelfsprekend accepteerde. Ze wilde beoordeeld worden op haar prestaties, niet op haar kleur.

In een scholierenverslag over het boek merkt een leerlinge op, dat ze trots is op Elisabeth. De leeskring debatteerde nog even over de reikwijdte van die opmerking. Is Elisabeth een rolmodel? Niet als toonbeeld van emancipatie van zwarte vrouwen, maar wel als voorbeeld van een sterkte vrouw, die zich door niets of niemand van haar doel af liet houden. Die geen gevangene wenste te zijn van haar kleur en die op eigen kracht haar gelijkwaardigheid bevocht. Geen slachtoffer van de omstandigheden of het verleden, maar een zelfbewust mens dat verantwoordelijk voor haar eigen leven nam.

Heeft McLeod het zo bedoeld? Wil ze daarmee de huidige Surinamers een spiegel voorhouden? Misschien, maar ze mag daarbij niet vergeten, dat Elisabeth een enorme voorsprong had op veel van haar huidige landgenoten: ze groeide op in een rijk en intellectueel milieu en ze bezat talenten die daar volop tot ontwikkeling konden komen. Vergelijkbaar met de start van McLeod zelf, als dochter van de eerste president van Suriname Johan Ferrier. Ze zal zich verwant voelen aan Elisabeth, net als Jetty Mathurin (die toevallig deze week de hoofdpersoon was in Verborgen verleden - Uitzending gemist). Ook zij benadrukte de kracht van haar voormoeders in de Surinaamse geschiedenis, ook zijzelf straalt dat uit: je bent geen slachtoffer van je verleden, tenzij je dat zelf wilt.

Discussiestof genoeg dus. Wie de vragen bij dit boek voor de eigen leesclub wil gebruiken, vindt ze hier. Samenvattend: een onderhoudend boek met veel discussiepotentieel.
Op internet is volop materiaal over Cynthia McLeod en over haar andere boeken te vinden.

Cynthi McLeod - De vrije negerin Elisabeth, gevangene van kleur. Schoorl, Conserve, 2000. Geb., 508 pg. isbn: 9054290773.

@JannieTr, 7 april 2012.

vrijdag 6 april 2012

Vragen bij De vrije negerin Elisabeth, gevangene van kleur - Cynthia McLeod.


1. McLeod heeft 5 jaar lang studie verricht naar de figuur van Elisabeth Samson (1715-1771). Na het verschijnen van deze wetenschappelijke studie heeft ze nog eens 8 jaar de sociale structuur en het maatschappelijk leven uit die periode bestudeerd. Dat alles is in 2000 verwerkt in deze roman.

Hoe beoordeel je het resultaat? Is het een leesbare roman geworden?

2. Biblion (die de korte besprekingen levert in de bibliotheekcatalogus bij alle boeken) stelt: Dit is geen psychologische roman, maar eerder een boeiende zedenschets voor lezers met belangstelling voor Suriname en de Surinaamse geschiedenis.

Ben je het daarmee eens?

3. McLeod was lerares Nederlands op het VWO in Suriname en zegt gestimuleerd te zijn door haar leerlingen om historische romans over de Surinaamse geschiedenis te gaan schrijven: er werd te weinig over gesproken in Suriname. Ze doet dat systematisch, van de eerste kolonisten tot de revolutie van Bouterse. Daarbij wil ze blank èn zwart een plaats in deze geschiedenis geven.

Hoe schildert ze in dit boek die verhouding? Gebeurt dat op een stereotype manier: alle blanken slecht, alle zwarten slachtoffer? Veroordeelt ze in haar boek de sociale structuur en het maatschappelijke leven in de beschreven periode of laat ze dat oordeel aan de lezers over door alleen te beschrijven wat tijdens het leven van Elisabeth de gewoonste zaak van de wereld was?

4. In het voorwoord stelt McLeod: Elisabeth Samson heeft in haar leven laten zien dat een zwarte vrouw met lef en moed, met kennis en ontwikkeling en vooral zonder angst en sakifasi-gedrag (onderdanigheid), in staat was zelfs binnen een slavenmaatschappij een belangrijke financiële positie te veroveren, alle racistische vooroordelen en tegenwerking ten spijt. Zij wachtte niet tot men iets voor haar kwam doen, maar nam het lot in eigen handen, Met deze roman heb ik dat aan willen tonen.

Vind je die poging geslaagd? Komt Elisabeth in dit boek naar voren als een uitzondering of als een voorbeeld/aanmoediging voor andere zwarte vrouwen? Wellicht ook voor die van nu?

5. In het tweede deel: Elisabeths dagboek lezen we wat Elisabeth vindt van de Nederlanders en hun kennis van Suriname (dit is een gefingeerd dagboek). I.t.t. de rest van het boek is dit in de ik-vorm geschreven.
 Welk beeld schetst Elisabeth? Wat doet de keuze voor de ik-vorm voor het verhaal?

6.  De historische research voor dit boek wordt geprezen, de literaire kwaliteit zwak genoemd. Zo vindt men de historische karakters te weinig tot leven komen. "McLeod beschrijft de feiten exact, maar slaagt er zelden in de beweegredenen of emoties van haar personages voelbaar te maken." (Boek-delen, nr. 1 2001). Dat geldt net name voor de passages aan het eind van haar leven waarin ze plotseling besluit te gaan trouwen met een nog niet eerder geïntroduceerde schuldenaar. En als die overlijdt met een andere onbekende blanke man.

Hoe heb jij dit ervaren? Geldt het voor alle karakters?

7. Vooral het begin van de roman heeft volgens critici te lijden onder "een overvloed aan clichés,  breedlopige uitweidingen en zinloze opsommingen van namen" (Trouw, Jos de Roo, 2000/11/04).

 Heb je dit ook zo ervaren?

8. M. Bingley constateert in Yord (21 mrt. 2001): "De lezer gaat zich afvragen in hoeverre er sprake is van een objectieve benadering. Soms krijg je het gevoel dat McLeod zich zo verwant voelt met Samson, en zo veel sympathie voor deze vrouw koestert, dat ze haar fantasie wel erg de vrije loop laat om een positief beeld van haar te schetsen. Het beeld van een vrouw die op alle fronten werd tegengewerkt door de kolonisator, en eigenlijk als martelaar moet worden erkend. "

Heb jij die indruk ook?
 
9. Is er in dit boek sprake van een alwetende verteller? (M.u.v. Elisabeths dagboek).

10. Bij het zoeken naar informatie vond ik een scholieren-boekverslag, dat geschreven is door een Surinaams meisje. Ze gaf aan dat ze zich goed in had kunnen leven in Elisabeth en sprak er zelfs over dat ze zich "trots voelde" toen het uiteindelijk zo goed ging met Elisabeth.

Hoe groot acht je de kans dat Surinaamse vrouwen dit boek anders waarderen dan Nederlandse? Kun je dat nader verklaren?

©JannieTr,  26 febr. 2012