maandag 27 april 2020

Marjoleine de Vos - Je keek te ver

Marjoleine de Vos (Oosterbeek, 1957) schrijft over kunst, literatuur en koken en heeft een tweewekelijkse, beschouwelijke column over zingeving op de opiniepagina van de NRC. Een selectie van deze columns werd gebundeld in Nu en altijd: bespiegelingen (2000),  Het is zo vandaag als altijd (2011) en Doe je best (2018).
In 2000 verscheen haar eerste poëziebundel Zeehond graag (genomineerd voor de VSB Poëzieprijs 2002), gevolgd door Kat van sneeuw (2003) en Het waait (2008). In haar laatste bundel Uitzicht genoeg (2013) vinden we dit gedicht:

Ruimtevrees

 Achter weilanden weiden, daar weer achter
dijken, zee en Zweden. Waar zou je heen?
De blik verliest je met zichzelf in de ruimte
waar aankomst ver en ver is te zoeken.
Niet voor de woerd die plotseling en onbedaarlijk
groen het zonlicht en je oog in zwemt.
Kijk bij je voet, maant hij, waar speenkruid
bloeit, de lucht gespiegeld blauw is in het diep.
Voel warmte op je neus, zie 't vroege blad
van vlier. Je keek te ver. Dat wat je zoekt is hier
.


In Je keek te ver werkt ze die gedachte verder uit, in wat je zou kunnen noemen: een persoonlijk doorleefd, poëtisch essay.

Groningen

Marjoleine de Vos woont in het Noord-Groningse Zeerijp. Elke dag maakt ze een wandeling vanuit haar huis, ongeacht het weer of het seizoen. Bezoekers van elders begrijpen niet wat er zo bijzonder is aan het grootschalige landschap met de wijkende einder. Maar Marjoleine stelt: er is niets te zien, en tegelijk heel veel. Voor wie daar moeite voor doet en er voor open wil staan.
En daarom neemt ze ons mee op haar wandelingen en in haar mijmeringen. Ze spreekt ons aan en ook zichzelf. Verwacht geen routebeschrijving, geen chronologie. Associatief leidt ze ons door het landschap, langs dichters en filosofen, door de geschiedenis en in de richting van de toekomst. Maar ze staat vooral stil bij het hier en nu. 

Lezen van het landschap

In het eerste hoofdstuk leert ze ons het landschap te lezen aan de hand van de geschiedenis. Wie daar weet van heeft, ziet veel meer. Er valt altijd iets te ontdekken, je kunt je ergens pas over verwonderen als je de historie ervan kent. 
Bovendien is het landschap nooit hetzelfde, al lijkt dat zo. Een andere lichtval, een ander jaargetijde, volle of gerooide akkers, bomen in lentetooi of met herfstbladeren. Wie wandelt maakt deel uit van het landschap en beleeft het directer. Als je drukke hoofd vol gedachten dat tenminste niet dwarsboomt.

Niet dat ze geen oog heeft voor het te grootschalige landschap met rechtgetrokken waterlopen en enorme boerderijen. Maar erover mopperen heeft geen zin, je moet kijken naar wat nog herkenbaar is van vroeger, zoals kerkjes en wierden, en naar de simpele dingen in de natuur.

"Maar zoals gezegd: zien moet je leren. Zoals voor wie niets weet van het verleden, het Drentse essenlandschap als het ware niet bestaat, zo bestaat ook middeleeuws Groningen niet voor wie niet weet dat er zoiets was als middeleeuws Groningen. Je moet de sporen ervan leren herkennen, anders zijn er eenvoudigweg geen sporen."

Wie zo kijkt, weet beter wat het behouden waard is. Maar ook wat nooit meer terug zal komen. Voorgoed, missen: het zijn woorden om over te filosoferen, om dichters te citeren. En tot de conclusie te komen:

"Kun je ook te ver in het verleden kijken? In ieder geval wel te veel. Misschien is alles wat uit verlangen bestaat wel "te". Je moet niet verlangen. The art of losing bestaat uit niet-verlangen maar zijn. Er is ook nu: een hoogte, een smalle, kleine kerk, een schitterend uitzicht, schapen op de ijsbaan, stilte. Groningerlandstilte."

Het echte leven

Voor stadsbewoners die op bezoek komen speelt het werkelijke leven zich toch af in de stad, beweren ze. Marjoleine de Vos geeft voorbeelden van wat zij onder het echte leven verstaat. De subtiele verandering in de natuur in de loop van de seizoenen, het oogsten en zaaien, de weidsheid van de luchten, de geringe beschutting tegen de elementen en de vriendelijkheid in de winkels, de praatjes op straat en de tafeltjes met de oogst van de moestuintjes langs de kant van de weg. De rust, de ruimte, de stilte van het platteland.

Al filosoferend en dichters en schrijvers citerend wandelt ze steeds opnieuw door haar Groninger landschap. Denkt na over de onveranderlijkheid van sterke gevoelens door eeuwen heen, over de ontoereikendheid van woorden om uit te leggen wat je voelt, over de tekortkomingen van herinneringen en over de zin van het bestaan. Een vol druk hoofd, dat maar blijft nadenken en dat alleen tot zwijgen gebracht kan worden door te wandelen en te zien. 

"Het is alsof je, buiten lopend, je leven weer terug krijgt. Ik sta op de Eenumerhoogte - een wierde die in de derde eeuw al bewoond was, nu naast het eigenlijke dorp gelegen dat op een eigen wierde staat. Ze hebben de kaak van een bruine beer in de bodem gevonden - ongelooflijk toch, hier tussen de suizende akkers. Het moet hier zo anders geweest zijn, zonder aardappels en puntige kerktoren. Met beren.
Maar enfin, als je daar staat en uitkijkt dan is het of je ook van binnen ruimer wordt. En zolang je op doortocht bent, niet aangekomen, zonder haast, zolang is het leven eigenlijk wel uit te houden."

Een bijzonder boekje dat je al mijmerend en filosoferend meeneemt op pad door het Groninger landschap en alle aspecten van het leven.

Marjoleine de Vos - Je keek te ver. Amsterdam, Van Oorschot, 2020. Pb.,72 pg., isbn:ISBN 9789028210325 

© Jannie Trouwborst, april 2020.

Meer over de gedichten van Marjoleine de Vos vind je onder  Moderne Nederlandse dichters op de site van de KB.

vrijdag 24 april 2020

Stephan Enter - Pastorale

Een pastorale is, zoals ik tijdens de literatuurlessen op de middelbare school leerde, een muziekstuk met herderlijk karakter, vooral wat de sfeer betreft. Die is ontspannen, rustig, op de wijze die aan het gemoedelijke landleven moet herinneren. Ook in toneelstukken, gedichten en romans wordt deze sfeer opgeroepen, waarin het eenvoudige landleven wordt geïdealiseerd als tegenhanger van het verdorven hofleven.

Zoiets verwacht je dus ook bij een boek met de titel Pastorale. Maar de foto op de omslag toont voor wie goed kijkt, dat het allemaal niet zo rooskleurig zal zijn. Zwart-wit, met  een verweerde zuil bij de ingang van een landgoed, vanuit een perspectief dat naar de hemel opkijkt, met donkere wolken. Dat belooft niet veel goeds.

Grote thema's

Liefde, religie, onrecht, ontworteld zijn spelen een rol bij dit verhaal over de bewoners van een familielandgoed. Het landhuis ligt in een dorp dat twee totaal verschillende bevolkingsgroepen telt: de boerenbevolking en winkeliers en in een aparte wijk de Molukkers. Er is nauwelijks onderling contact en daardoor zijn de vooroordelen groot. De meeste dorpsbewoners zijn streng gereformeerd, de Molukkers belijden hun christelijk geloof totaal anders.
Hoofdpersonen in het verhaal zijn Oscar en Louise, broer en zus en kinderen van de bewoners van het landhuis. Oscar zit op de middelbare school, Louise studeerde in Amsterdam, maar is teruggekeerd omdat ze haar studie wil staken. Hun moeder is uitermate gelovig, doet veel voor de kerkgemeenschap, maar hun vader heeft zich helemaal teruggetrokken. Speelt piano of leest, zonder zich met de gang van zaken in het gezin te bemoeien. En dan zijn er nog Jonki en Dona, ook broer en zus, uit de Molukse wijk, die via Oscar in het verhaal betrokken worden. Tenslotte Maarten, de zoon van de nieuwe dominee, die vriendschap sluit met Louise.

Vervlechting

Liefde, religie, onrecht, ontworteld zijn: Enter heeft deze thema's vervlochten in een onderhoudend en best spannend boek. De periode waarin het verhaal zich afspeelt is een lange zomer. Het begint vlak voor de schoolvakantie van Oscar, als Louise terugkeert uit de stad, blut, teleurgesteld in haar studie en weifelend over haar toekomst.
Vanaf het begin van haar pubertijd heeft Louise zich verzet tegen de gereformeerde leer en ze heeft daarover al heel wat discussies gevoerd met haar moeder. Ze voelt zich bedrogen door de manier waarop ze als kind geïndoctrineerd is en daardoor, onnodig, een hele angstige jeugd gehad heeft. In Maarten vindt ze een gesprekspartner, geen medestander, maar wel iemand die een open gesprek daarover aandurft. Bij haar studiegenoten is Amsterdam vindt ze geen aansluiting, de gereformeerde dorpsbewoners staan haar tegen, terwijl ze zich in het landhuis, met een afwezige vader, een ontoegankelijke moeder en de boosheid en herinneringen over een nare jeugd, ontworteld voelt.

Oscar krijgt van zijn leraar de opdracht huiswerk te gaan brengen voor Jonki, een Molukse jongen in zijn klas, die in het ziekenhuis ligt. Het lijkt een hachelijk avontuur: niemand durft de Molukse wijk in. Maar het valt mee en zo leert hij Dona kennen, wordt verliefd, sluit vriendschap met Jonki en leert via diens vader de geschiedenis en achtergrond van de Molukkers in Nederland kennen. Hij trekt zich het onrecht dat de Molukkers is aangedaan erg aan, gevoed door de machteloze woede van Jonki's vader. Hij begrijpt hoe ontworteld de Molukkers zich moeten voelen. De onderliggende spanningen in het dorp tussen de twee bevolkingsgroepen komen tot een uitbarsting, als zijn dorpsgenoten Dona beledigen.

Toekomstperspectieven?

Een happy end heeft deze Pastorale niet. Het eenvoudige, prettige landleven blijkt een illusie, zowel op het landgoed, als in het dorp en de Molukse wijk. Niemand heeft enig idee wat de toekomst nog zal brengen, maar iedereen ziet het somber in. Oscar, Louise en haar ouders, maar ook de ontwortelde Molukkers. Het leven gaat verder op dezelfde voet. Maar het is gezien.... De Heer is mijn herder?

Bijzondere combinatie

In Pastorale heeft Enter ontworteling en onrecht als basis gebruikt om twee problemen aan de kaak te stellen: het opdringen van gereformeerde geloofsovertuigingen aan kinderen en de misleiding van en de valse beloften aan de Molukkers. Er zit een parallel in. Soms zijn daarbij de beschrijvingen van personen en situaties iets te stereotype. Maar omdat het verhaal op zich overtuigend genoeg is, nemen we dat maar voor lief. Het is goed dat beide problemen op deze manier onder de aandacht gebracht worden.

Stephan Enter - Pastorale. Amsterdam, Van Oorschot, 2019. Geb., 285 pg., isbn:978-90-2829-300-7.

N.B. Wil je meer lezen over de Molukkers in Nederland, zie dan ook mijn blogs onder het label Molukkers in Nederland

© Jannie Trouwborst, april 2020.