dinsdag 22 mei 2012

Clark Accord - Bingo!


Mei 2012 - waardering: 7,0.

Inleiding

Het seizoen 2011-2012 van de Leeskring Philippine staat in het teken van Surinaams-Nederlandse literatuur. We begonnen met De groeten aan de koningin (2006), het reisverslag van Karin Anema, om een beetje achtergrondkennis te verzamelen. Daarna de romans: Scheurbuik (2002) van Annette de Vries en  Solo, een liefde (2009) van Tessa Leuwsha, over de keuze van Surinamers tussen blijven of weggaan uit Suriname in de 2de helft van de 20ste eeuw. Het vierde boek was een klassieker: De stille plantage (1931) van Albert Helman, een historische roman die zowel de ellende van de slavernij, als het leven van de planters beschreef, de goedbedoelende en de hardvochtige, in de 17de eeuw. Daarna volgde een historische roman van Cynthia McLeod: De vrije negerin Elisabeth, gevangene van kleur (2000) met een uitzonderlijke vrouw in de hoofdrol. Het is tevens een zedenschets van de Surinaamse maatschappij in de 18e eeuw (en de beperkte kennis van de Nederlanders overzee van deze kolonie).
Als een na laatste is Clark Accord aan de beurt, met Bingo! (2007). Een sociale roman die aandacht vraagt voor een maatschappelijk probleem: de gokverslaving van sommige Surinaamse vrouwen in Nederland.

Samenvatting

Bingo vertelt het verhaal van een avond uit het leven van de 49-jarige Leanda en haar 22-jarige dochter Naomi. Moeder en dochter zitten gevangen in een cirkel van armoede, hebzucht, wederzijds onbegrip, eenzaamheid en verlangen naar geluk. Sinds op last van de gemeente de bingohallen in Rotterdam zijn gesloten, nemen ze bijna dagelijks de gratis bingobus naar Amsterdam. Op deze avond vertrekken ze verwachtingsvol naar de Suikertuin, een bingohal op de Amsterdamse Wallen, waar ze gaan spelen voor de jackpot. Maar de avond heeft voor hen een heel andere verrassing in petto. Realistisch verhaal, vol onderhuidse spanning, over de bingosubcultuur binnen de Surinaamse gemeenschap in Nederland.

Leeservaring

Het overlijden van Clark Accord in mei 2011 was de aanzet tot het thema voor onze leeskring dit seizoen: Surinaamse literatuur. Ik vond het beschamend te ontdekken dat ik weinig hedendaagse Surinaamse schrijvers kende. Wat speurwerk via bibliotheek en internet leverde al snel ruim voldoende interessante boektitels op, helaas niet allemaal in voldoende aantallen aanwezig in de bibliotheek voor onze leeskring. Met wat puzzelen bleek het gelukkig mogelijk toch een gevarieerd pakket samen te stellen. Voor Bingo! koos ik om ook Surinamers in Nederland aan bod te laten komen en omdat we nog niet eerder een sociale roman lazen.


Het stortregent, er staat een gure wind, het is donker en er is te weinig plek voor alle bingoklanten om te schuilen in afwachting van de Bingobus. Men beloert elkaar, roddelt, lacht, moppert, vecht om een zitplaats als de bus eindelijk arriveert. De sfeer wordt meteen goed getroffen door C.A. en dat zal in de rest van het boek ook zo blijven: in de bus, in de rokerige bingohal, op de terugweg. Ondanks de onderliggende drama's blijft de toon licht, wordt er geregeld een grap gemaakt, maar nergens verdwijnt de onderliggende spanning. Er is geen overdaad van Surinaamse woorden, al moet er soms wat opgezocht worden, waardoor je de draad weer op moet pakken, maar dat gaat vrij gemakkelijk. De schrijfstijl is passend bij het verhaal over gewone mensen die niet willen of kunnen inzien dat ze  gevangenen zijn van hun bingoverslaving.

"De rook van de sigaretten waarmee de zenuwen in bedwang worden gehouden, hangt als een ijl wolkendek onder het plafond. Achter in de zaal prijkt op een wit papier in zwierige, handgeschreven letters de tekst VERBODEN TE ROKEN. De door dampen omgeven vermaning werkt op Leanda's lachspieren. Het wordt tijd dat ze zich weer eens beklaagt bij René, de eigenaar van de Suikertuin. Ze vindt het storend dat ze ongewild blootgesteld wordt aan de kankerverwekkende uitstoot van mensen die hun leven en dat van anderen op het spel zetten, louter en alleen omdat ze te zwak zijn om zich te bevrijden van het kwaad dat hen regeert. Nee, zo niet Leanda! Zij gaat er prat op zich door niets en niemand de wet te laten voorschrijven."

Het hoofdthema is uiteraard de bingoverslaving. C.A. heeft er uitgebreid onderzoek naar gedaan en geconstateerd dat het een levensgroot probleem is binnen de Surinaamse gemeenschap in Nederland (overigens: bij Nederlanders komt het net zo goed voor, zegt hij in een interview: dan gaat het over kienen in Limburg). Hij moraliseert niet in het boek, maar probeert via het verhaal de gevolgen te laten zien. En zegt in een interview dat hij hoopt dat er hulp voor deze groep komt.
De gevolgen zijn niet mis: grote schulden, verwaarlozing van kinderen, prostitutie van de speelster zelf of haar kinderen, huisuitzettingen.
Andere thema's zijn een problematische moeder-dochter verhouding (wel om elkaar geven, maar dat niet kunnen tonen, niet goed kunnen communiceren), foute Surinaamse mannen (die ontrouw zijn, kinderen verwekken en vertrekken, de playboy uithangen) en de herhaling van de geschiedenis (3 generaties moeders die hopen dat het hun dochter beter zal vergaan: een trouwe echtgenoot die samen met haar voor het kind zal zorgen).

De verhaallijnen, die de verschillende thema's belichten, zijn mooi door elkaar geweven. De Bingoavond is de rode draad, de moeizame verhouding tussen moeder en dochter speelt geregeld op, net als opmerkingen over alleenstaande moeders en rondscharrelde mannen. Een witte envelop blijft opduiken, als symbool van waar deze verslaving toe kan leiden. Aan het eind van het boek komt alles mooi bij elkaar. De plot was de aandachtige lezer waarschijnlijk al lang duidelijk, maar de uitwerking ervan is ontroerend. De avond is ten einde, de jackpot ging hun neus voorbij, er is nog een hoop op te lossen, maar tussen moeder en dochter is een begin van toenadering.

"Leanda reikt naar de hand van haar dochter. Ze legt hem boven op de doos met de magnetron. Zonder iets te zeggen houdt ze haar vast. Woorden schieten te kort om de puinzooi die ze van haar leven en dat van haar dochter heeft gemaakt uit te drukken. Voor Aisa (haar kleindochter- red.) moeten ze een uitweg vinden uit deze ellende.
In stilte staren moeder en dochter voor zich uit. Ronkend zoekt de bus zijn weg in het donker. Buiten is het opgehouden met regenen."

Over de uitwerking van de karakters werd verschillend gedacht binnen de leeskring. Persoonlijk vond ik het jammer dat de karakters van de 2 hoofdpersonen nogal vlak bleven en dat er erg veel nevenpersonages opgevoerd werden, waarvan een aantal min of meer als typetjes fungeerden. Maar niet iedereen vond dat bezwaarlijk. De opgebouwde spanning en de geslaagde manier waarop het probleem en de gevolgen van de bingoverslaving onder het voetlicht gebracht werden, maakten dat uitdiepen van de karakters niet gemist werd. Bovendien zorgden de typetjes voor wat humor in het feitelijk trieste verhaal.

Gemiddeld kreeg het boek een 7 van de leeskringleden. Het was vooral het thema dat aansprak en dat men op een goede manier vond uitgewerkt. En over dat thema werd nog lang doorgediscussieerd. Ook over de uitdrukking: Golfbaan der armen (zoals C.A. de bingohal noemt). We kwamen uiteindelijk tot de conclusie dat waarschijnlijk bedoeld wordt: de plek waar gelijkgestemden elkaar opzoeken onder het genot van een spelletje golf of bingo.
C.A. heeft aandacht willen vragen voor een maatschappelijk probleem. Als een van de weinigen tegenwoordig, schreef een recensent. Is dat zo? Er kwamen genoeg titels op tafel van auteurs die dat ook deden, die niet alleen met het kleine individuele drama bezig waren. Adriaan Van Dis werd o.a. genoemd: De wandelaar en Tikkop.

Tot slot kwam de vraag op of er geen boek bestaat dat een succesvolle Surinaamse integratie beschrijft. Natuurlijk zullen die er ook zijn. De moeizame strijd van een Surinaams meisje dat niet opgeeft, staat bijvoorbeeld beschreven in Het Gym van Karin Amatmoekrim. Omdat het een bestseller was op het moment van het regelen van de boeken voor dit seizoen, kon het helaas niet op onze leeslijst, maar inmiddels is het gewoon te leen.

Samenvattend: een heel geschikt leesclubboek, zowel w.b. thema als de uitwerking ervan. Er was meer dan genoeg discussiestof. Informatie over de auteur is te vinden bij Schrijversinfo.  Voor de discussievragen bij dit boek: zie aldaar.

Clark Accord - Bingo! Amsterdam, Nijgh & Van Ditmar, 2007. Geb., 236 pg., met woordenlijst. ISBN: 978-90-388-0024-0.

©JannieTr, 22 mei 2012.


maandag 21 mei 2012

Vragen ten behoeve van de boekbespreking “Bingo”, door Clark Accord



1.           Waar verwijst het motto van het boek naar?

2.           In de landelijke pers is Accord nogal aangevallen op zijn stijl, vol clichés. Ben je het hiermee eens?

3.           Volgens Clark Accord hebben Surinamers de illusie dat ze een geslaagde integratie achter de rug hebben, terwijl de problemen binnen de groep levensgroot zijn. Klopt dit beeld?

4.           Op internet trof ik het volgende:  “Met Bingo! schreef Clark Accord een realistische, ontroerende en geestige roman over wat ook wel de 'golfbaan der armen' wordt genoemd.”  Wat wordt hiermee bedoeld?

5.           Bingo! vertelt het verhaal van een avond uit het leven van de 49-jarige Leanda en haar 22-jarige dochter Naomi. Moeder en dochter zijn gevangen in een cirkel van armoede, hebzucht, wederzijds onbegrip, eenzaamheid en verlangen naar geluk. Waaruit blijkt dit?

6.           Bingo! wordt een psychologische roman genoemd. Onder welk ander genre zou je hem nog kunnen indelen?

7.           De maatschappelijk bewogen schrijver is een bijna uitgestorven genre. Hedendaagse auteurs houden zich liever bezig met het individuele kleine drama dan met grote verhalen. Ben je het hier eens?

8.           Wat kun je zeggen over de karaktertekening in de roman? Denk daarbij aan de termen rond personage (round character), vlak personage (flat character) en typetje (type).  Zie ook pg. 49-51 van het cursusboek. Welke rol spelen de verschillende personages in de opbouw van het verhaal (zie de discussievragen op pg. 51).

9.           Welke verhaallijnen kun je ontdekken, zijn ze op een natuurlijke manier met elkaar verweven? Zijn er "losse eindjes" (verhaallijnen die eigenlijk geen rol spelen en dus blijven "hangen"?).

10.         Let in dit boek eens op de tijd (pg. 58-63): de historische tijd (wanneer speelt het verhaal), de vertelde tijd (hoeveel tijd beslaat het verhaal), chronologie (zijn er flashbacks),  verteltijdstip (beleven we het gebeuren rechtsreeks mee of wordt het achteraf verteld). Probeer het effect van het verteltijdstip in te schatten.

 © M.A. en JannieTr.

maandag 7 mei 2012

Jan van Mersbergen - De macht over het stuur


Mei 2012 - waardering: 7,5.

Inleiding

Het voordeel van het pas ontdekken van een schrijver als hij al meerdere titels op zijn naam heeft staan, is dat je niet hoeft te wachten op een nieuw boek. Zo kan ik voorlopig door blijven lezen. Aan de overkant van de nacht staat al in de kast te wachten, maar ik wil eerst de oudere titels lezen. Ik las intussen De grasbijter (zijn debuut), De hemelrat (zijn derde) en Zo begint het (zijn vijfde). Daarna was dit boek, zijn tweede roman, geschreven in 2003, aan de beurt. En weer was ik onder de indruk. Blijft alleen nog Morgen zijn we in Pamplona over (2007) en Aan de overkant van de nacht (2011). Dat boek is genomineerd voor de Libris literatuurprijs. Vanavond is de uitslag. Het zou me niet verbazen, als hij die gaat winnen.

Samenvatting

Het leven van Ronnie heeft zo op het oog een beperkte horizon: zijn crossauto, bier, meisjes en zijn werk als hulpje in de bouw. De gebruikelijke branie van hemzelf en van de jongens met wie hij verkeert, raakt plotseling vleugellam als Leon, hun ongekroonde leider, met zijn auto tegen een boom knalt.
Alles komt in een stroomversnelling, die Ronnies leven binnen enkele dagen volledig uit zijn voegen tilt. Het onvermogen te praten over zichzelf en wat hem overkomt, leidt tot wurgende dagen - de trillende boor in zijn handen zegt meer dan er woorden uit zijn mond kunnen komen. De begrafenis van Leon valt samen met de jaarlijkse kermis in het dorp, normaal een welkom verzetje, maar nu een beangstigend festijn. Een van de kermisjongens is bovendien een jongen die vanwege zijn natuurlijke charme en - niet minder belangrijk - zijn opvallende auto alle jongens uit het dorp naar de kroon steekt. Ook Ronnie ontsnapt niet aan diens uitstraling (Flaptekst Cossee).

Leeservaring

De wereld van Ronnie, ik weet er weinig van. Ik heb er vast ook vooroordelen over. Het was dat ik dit boek meegestuurd kreeg met mijn prijs (De hemelrat) van Cossee, want ik zou het niet zo gauw zelf gekocht hebben. Ik las de binnenflap, sloeg het open om de eerste pagina te lezen en ik was verkocht. Weer diezelfde stijl (zie bij De hemelrat) die er voor zorgt, dat je tot de laatste bladzijde geboeid blijft, dat je mee kunt voelen met jonge mensen uit een heel ander milieu.
Toen Cossee mij een poos geleden vroeg een recensie van Tsjik (Wolfgang Herrndorf) te schrijven op mijn weblog, kon ik na lezing helaas niet anders dan tot de conclusie komen, dat het weliswaar een boek was met enkele ontroerende passages, maar dat het toch vooral geschikt was voor jongeren. Ik weet nu zeker, dat dat niets met de leeftijd van de hoofdpersonen heeft te maken. Joe Speedboot en Fransje  zijn net zo jong als Ronnie en zijn vrienden. Maar Tommy Wieringa en Jan van Mersbergen blijken  in staat generaties te overbruggen en een verhaal te schrijven dat jong èn oud boeit.

De vertelde tijd is slechts enkele dagen: van 7 dagen na het ongeluk als de kermis het dorp binnen rijdt tot de dag nadat de kermisgasten weer zijn vertrokken. Het wordt chronologisch verteld. In de flashbacks herleeft Ronnie vooral de gebeurtenissen rond het ongeluk. Het verhaal zelf zit opgesloten tussen twee rampen: het fatale ongeluk aan het begin en een dramatische gebeurtenis aan het slot. Lamgeslagen door het ongeluk, voorzichtig opkrabbelend na de begrafenis, en opnieuw eens zo hard lamgeslagen worden. Het zou een sentimenteel verhaal op kunnen leveren, maar dat doet het beslist niet.

De karaktertekening is vergelijkbaar met de andere boeken van J.v.M. die ik las: een zwijgzame hoofdpersoon die we vooral via zijn gedrag moeten leren kenen en begrijpen. En dat lukt wonderwel.
Het personale perspectief ligt uitsluitend bij Ronnie. Anderen leren we kennen via hem. Zij komen niet echt tot leven. Voor hen geldt des te meer: we zien alleen de buitenkant. Zo is er zijn opgroeiende zusje, waar hij erg bezorgd om is en die hij beschermd omdat zijn vader steeds afwezig is voor het werk en zijn moeder zich eigenlijk nauwelijks met de kinderen bezig houdt. Zijn overgebleven vrienden, Robert en Ed. Daniel, de zoon van de botsautobaas (hoe symbolisch), zijn rivaal op het gebied van auto's en meisjes. Zelfs het karakter van zijn zusje blijft redelijk vaag. De enige die iets meer uit de verf komt is zijn baas in de bouw: Chris. Hij helpt hem zijn woede, onmacht en verdriet te kanaliseren. Maar ook hier weer: niet via rechtstreekse, indringende gesprekken, maar door terloopse opmerkingen, handelingen en gebaren. Ze begrijpen wat de ander voelt, bedoelt, en de lezer ook, zonder dat dat nadrukkelijk verteld wordt. Knap hoor!

De titel is raak: De macht over het stuur. Ronnie en zijn vrienden voelen zich almachtig in hun snelle, sterke wagens, de hele dorpsjeugd kijkt naar hen op. Tot een van hen de macht over het stuur verliest en dan raken ze stuurloos, lijken de macht over hun eigen leven kwijt.

Opnieuw snijdt van Mersbergen het thema van onvermogen tot communicatie aan. In dit verhaal is het alom aanwezig: tussen de drie overgebleven vrienden, binnen het gezin van Ronnie, tussen Ronnie en de ouders van de omgekomen jongen. Maar ook de dorpsgenoten: treffend wordt weergegeven hoe de omgeving zich geen houding weet te geven en de jongens onbeholpen benadert. Je voelt als lezer wat er woedt in Ronnie, je leest het in de maniakale manier waarop hij, op zijn vrije zaterdag met boor en zaag tekeer gaat in het nog af te bouwen huis van zijn baas, in de razernij waarmee hij door de polders scheurt of in een wezenloze stilte de zonsondergang gadeslaat.

Alles waar Ronnie mee worstelt is herkenbaar, is niet gebonden aan leeftijd of milieu. En daardoor is het mogelijk om tot de laatste bladzijde geboeid te blijven door een verhaal over zgn. stoere gasten in crossauto's, opgroeiende pubers en kermisklanten. Op een onverklaarbare manier is Ronnie zo levensecht geworden, dat je, nadat je het boek uit hebt, blijft zitten met de vraag hoe het nu verder moet met deze gewonde ziel.

Dus: ook dit was weer een geslaagd boek. Zeker geschikt voor leeskringen.  Symboliek en motieven zijn hierboven nog niet ter sprake gekomen. Discussie over het bovengenoemde thema en rouwverwerking kunnen ook interessant zijn.

Jan van Mersbergen - De macht over het stuur. Amsterdam, Cossee, 2003. Geb., 176 pg., isbn: 90-5936-022-2.

©JannieTr, 7 mei 2012.