November 2012 - waardering: 7,0
Inleiding
Historische
romans zijn het thema van dit seizoen bij de Leeskring Philippine. Als
tweede boek lazen we Margaretha (2002)
van Jan Siebelink. Een boek dat een stukje Nederlandse geschiedenis behandelt
en dat ons tevens de mogelijkheid geeft te onderzoeken of er overeenkomsten
zijn met een boek van Siebelink dat we vorig jaar lazen: Knielen op een bed
violen. Een totaal ander onderwerp, een andere tijd, een ander geloof, een
ander thema, maar misschien zijn er toch parallellen te ontdekken. De
waardering van de leden van onze leesclub schommelde tussen de 5 en 7. De reden
daarvan komt nog ter sprake. Hierboven het cijfer waarmee ik het boek
waardeerde.
Inhoud
Op het eind
van haar leven, teruggetrokken levend in het Abruzzi-gebergte, kijkt Margaretha
van Parma (1522-1586), erkende bastaarddochter van Karel V, terug op haar
leven. Net 10 wordt ze door haar vader uitgehuwelijkt aan Alessandro de Medici,
die vermoord wordt voor het huwelijk op haar 12de geconsumeerd kan worden. Vijf
jaar later trouwt ze met Ottavio Farnese, hertog van Parma en krijgt een
tweeling: Karel (die sterft op 4-jarige leeftijd) en Alexander, die opgevoed
wordt aan het Spaanse hof van haar halfbroer Philips en die later haar taak in
de Nederlanden zal overnemen. Nadat ze in 1559 landvoogdes der Nederlanden is
geworden, werkt ze o.a. met Willem van Oranje op wie ze in stilte verliefd is.
Ondanks haar onafhankelijkheid blijft ze toch altijd de trotse Habsburgse dochter,
ook als ze in 1567 van haar taak wordt ontheven. Deze boeiende roman valt
vooral op door de uitstekende sfeertekening en de empathie waarmee de
innerlijke strijd van de trotse, onafhankelijke Margaretha die toch steeds weer
buigt voor de Habsburg-politiek, wordt beschreven. (deels Biblion).
Leeservaring
Dat de waardering binnen onze leesclub niet
unaniem was, had als voornaamste reden, dat men de structuur te ingewikkeld vond. Wie de moeite nam het boek voor
een tweede maal te lezen kwam doorgaans tot een milder oordeel. Het vertelheden omvat de laatste 2 jaar van
Margaretha's leven. Deze stukken, aan het begin en het eind van het boek en er
verder tussendoor geweven, staan in de tegenwoordige tijd. Ze worden
afgewisseld met herinneringen en mijmeringen van de oude en zieke Margaretha. Deze
staan in de verleden tijd. Voor zover het de politieke geschiedenis betreft,
worden ze redelijk chronologisch verteld. Dat geldt minder voor haar
persoonlijke en door emoties gekleurde herinneringen aan bv. haar jeugd. Die
willen nog wel eens willekeurig opgeroepen worden door de omstandigheden in het
vertelheden. Dat betekent dat er geconcentreerd gelezen moet worden. Toch hoeft
het geen belemmering te vormen bij het lezen van het boek, al zal een tweede
lezing wel gemakkelijker gaan.
Het perspectief
was voor iedereen duidelijk: dat ligt uitsluitend bij Margaretha. Door de ogen
van de aftakelende, oude vrouw kijken we terug op haar leven en beleven haar
laatste jaren mee. Een complicerende factor was ook het afwisselende gebruik
van de ik-, jij- en zijvorm. Het
lijkt alsof de vertelinstantie steeds
een andere is. Maar dat neemt niet weg, dat het perspectief bij de enige
hoofdpersoon blijft liggen: Margaretha. Siebelink maakte ook in Knielen(...ect.)
gebruik van deze stijl, misschien om hiermee de afstand tot de hoofdpersoon te
vergroten of verkleinen.
Een eendimensionaal perspectief is per definitie onbetrouwbaar. De historische
gebeurtenissen lijken betrouwbaarder en afstandelijker door het gebruik van de
zij-vorm, de persoonlijke herinneringen echter en directer door de ik-vorm. De
jij-vorm komt (naar mijn idee) nog dichterbij: de hoofdpersoon praat ofwel
tegen zich zelf of de schrijver toont hiermee zijn directe emotionele verbondenheid
met zijn hoofdpersoon.
Verwarring was er bij de leesclubleden ook nog over de "alwetende verteller" die in
sommige besprekingen werd genoemd. In mijn opvattingen daarover weet een
alwetende verteller meer dan de hoofdpersoon van een roman: hij/zij weet ook
wat er in andere personen omgaat en wat er bv. na de dood van de hoofdpersoon
nog gebeurt. Natuurlijk weet Margaretha alles van haar eigen leven en wijst ze
vooruit in haar mijmeringen naar wat verderop in het verhaal nog komt. Maar dat
maakt haar nog geen alwetende verteller. En ander kenmerk is dat een alwetende
verteller geen deel uitmaakt van het verhaal. En ook aan die voorwaarde wordt
hier niet voldaan. (Zie Lezen en leesclubs, pg. 53 e.v.).
Over het tijdsverloop
kan in deze roman ook het een en ander opgemerkt worden. De historische tijd is nauwkeurig aan te
geven: het leven van Margaretha van Parma vormt de begrenzing (1522 - 1586). De
meeste aandacht is er in het verhaal voor de gebeurtenissen tijdens de periode
dat Margaretha Landvoogdes over de Nederlanden was (1559-1567). Er is daar sprake
van tijdsvertraging, met veel aandacht
voor details. Andere gebeurtenissen uit haar leven worden korter weergegeven (tijdsverdichting). Doordat de chronologie
niet steeds gehandhaafd wordt, blijven de
tijdsprongen onopgemerkt: dat
zijn stukjes uit haar leven die overgeslagen worden, omdat ze minder
interessant zijn voor het verhaal of omdat er te weinig over bekend is.
Voor een ieder gold, dat Margaretha een levensechte
vrouw werd, zonder daarbij te betrekken of het geschetste beeld klopt met de
feiten. Voor een roman is dat een pluspunt. Het boek werd dan ook niet als een
historische verhandeling beschouwd met fictieve accenten, maar als een roman gebaseerd
op historische feiten. De andere personages
bleven echter wel vaag, maar dat voorspelde de titel al: Margaretha. Het werd
niet als een tekortkoming ervaren.
Siebelink weet de spanning op te bouwen met een aantal niet zo voor de hand liggende
gebeurtenissen. Ten eerste suggereert hij dat Margaretha verliefd was op de
Prins van Oranje. Daar is geen bewijs voor, maar het past goed in het
geromantiseerde verhaal. Daarnaast is er iets met de kleindochter van
Margaretha: Margarita, dochter van Alexander en lieveling van Oma. Steeds wordt
er naar iets gruwelijks verwezen, naar de wroeging van Margaretha en naar haar
overtuiging dat ze zo God en het Habsburgse Huis heeft gediend, maar wat er was
lezen we pas in de laatste hoofdstukken. Of deze Margarita bestaan heeft, wat
er precies gebeurd is? Niemand kan het met zekerheid zeggen, maar het maakt
het verhaal wel spannender. De feiten alleen uit het leven van Margaretha
hadden anders waarschijnlijk een vrij saai verhaal opgeleverd.
Veel waardering was er bij iedereen voor de sfeertekening: alle geschetste details helpen
mee om een helder beeld te vormen van de wereld die Margaretha omringde. Het is
duidelijk dat hier veel research aan vooraf is gegaan. Op zoek naar anachronismen merkte een van de leden
op, dat het reizen vast niet ze snel gegaan kan zijn, als op pg. 156 e.v.
beschreven wordt. 's Ochtends vertrokken uit Brussel reed ze diezelfde dag nog
naar Breda en zou dan ook nog Gouda en Delft bezoeken. Dat lijkt zelfs met de
auto bijna onmogelijk.... Twijfel was er
ook nog even over het speelgoed van de kleine Margaretha, maar dat bleek bij
nader onderzoek al sinds 1300 te bestaan. Het oudste plaatjesboek in onze KB
dateert uit 1521. Dus ook dat kan kloppen.
Er waren dit keer geen extra vragen gemaakt voor
het bespreken van het boek. Aan de hand van enkele recensies en een interview
en met behulp van de algemene vragen over historische romans ontstond er toch
een levendige discussie. De laatste vraag spitste zich toe op de vergelijking met Knielen op een bed
violen en andere boeken van Siebelink. Een van de leden merkte op dat het zich
zeer goed kunnen verplaatsen in een vrouw al in meer boeken naar voren was
gekomen. Daarnaast spelen ook hier godsdienstige gedachten en angsten een
rol. Hoewel het om een ander geloof gaat, zijn de angsten van Margaretha vergelijkbaar
met die zoals ze naar voren komen in o.a. Knielen(...ect.). Wat staat mij te
wachten na de dood? Het zijn Siebelinks eigen angsten, geeft hij in een
interview toe.
Hoewel er genoeg over te zeggen valt, zou ik het
niet een uitgesproken leesclubboek willen noemen. Binnen ons thema was het wel
een geschikt boek.
Jan
Siebelink - Margaretha. Amsterdam, Bezige Bij, 2002. Geb., 351 pg., met krtn.,
chronologie en bronvermelding. ISBN: 90-234-0627-3.
© JannieTr, 28 november 2012.