Korte inhoud
Op een boerderij in de buurt van Monnickendam wonen Helmer, een man van in de vijftig, en zijn bedlegerige vader. Hun relatie is moeizaam, door gebeurtenissen in het verleden. De vroege dood van Helmers tweelingbroer, Henk, neemt daarbij een belangrijke plaats in. Het verleden wordt opgerakeld als Riet contact opneemt met Helmer. Zij is de vrouw met wie Henk ruim dertig jaar geleden zou gaan trouwen. Riet heeft inmiddels een zoon die Henk heet en ze vraagt Helmer of de jongen enige tijd bij hem op de boerderij mag werken. Helmer zelf begint voorzichtig te dromen van een nieuw leven in Denemarken.
Boven is het stil is een roman over
eenzaamheid, onderdrukte emoties en onuitgesproken verlangens. Het is ook een
roman waarin het landschap van Noord-Holland op prachtige wijze wordt
beschreven.
En
het is een boek dat geschreven is in een even laconieke als suggestieve kale
stijl. De eerste zin is al veel geciteerd: ‘Ik heb vader naar boven gedaan.’
Die roept direct een treffend beeld op van de situatie.
Verhaalanalyse:
- Opbouw:
Het
boek is ingedeeld in 4 delen en deze zijn weer onderverdeeld in korte
hoofdstukken.
Het
eerste deel beschrijft hoe Helmer ruimte voor zichzelf opeist en vrijmaakt,
door zijn vader naar boven te doen, geeft ons enig zicht op de oorzaken van
zijn kille verhouding met zijn vader en vertelt over het ongeluk van zijn
broer, over zijn a.s. schoonzuster Riet, de ruzie die deze had met zijn vader
en eindigt met de brieven die Riet schrijft, met het verzoek hem op te mogen
komen zoeken. Hij koopt een wandkaart van Denemarken, het land van zijn dromen,
een symbool voor de vrijheid.
In
het tweede deel komt Riet op bezoek en scheept hem op met haar zoon Henk. Het
lijkt erop, dat ze hoopt ooit op de boerderij te kunnen wonen. Ook Ada, zijn
buurvrouw, is veel aanwezig en begluurt hem met een verrekijker. Ondanks de
nodige strubbelingen kunnen Helmer en Henk het wel vinden samen. Ook legt Henk
contact met de aan zijn lot overgelaten vader. En langzamerhand besteedt ook Helmer
iets meer aandacht aan zijn vader. We lezen meer over de verhouding tussen Helmer
en de knecht Jaap, door zijn vader met ruzie weggestuurd. Het deel eindigt met
het bijna verdrinken van Helmer bij het redden van een schaap.
Het
derde deel begint met een Riet die zich beledigd en bedrogen voelt (hij had
haar wijsgemaakt, dat zijn vader al dood was). Henk blijkt hem gered te hebben
van de verdrinkingsdood. Zijn vader wil niet meer verder en eet niet meer. Ze
komen toch nog tot een moeizaam gesprek, waarbij zaken uitgesproken worden,
zonder dat ze nog opgelost kunnen worden. Zijn vader sterft en wordt op zijn
verzoek in stilte begraven. Het eindigt met de komst van Jaap, die naar zijn
oude woonplek kwam kijken.
Deel
4 speelt in Denemarken, waar hij met Jaap heen is gegaan op vakantie. Hij heeft
al een deel van het vee verkocht en zal ook de rest van de hand doen. De
laatste zin: Ik ben alleen, spreekt Helmer uit, als hij alleen op een
avondwandeling is gegaan en op een rotspunt uitkijkt over de zee, in gezelschap
van een schaap.
- Tijd:
Het
verhaal wordt vrij chronologisch verteld. Geregeld worden we via korte
ingelaste flash-backs op de hoogte gebracht van vroegere gebeurtenissen die hun
nasleep hebben in het heden. Er zijn geen flash-forwards.
De
periode die beschreven wordt loopt van november (kort voor Sinterklaas) 2002
tot mei van het volgende jaar. De flash-back periode gaat over 1966-1967, het
jaar waarin zijn broer verdronk.
- Plaats en ruimte:
Plaats
van handeling is voornamelijk de boerderij en directe omgeving daarvan in
Noord-Holland in de buurt van Monnickendam (Waterland). Een klein deel speelt
in Denemarken.
- Perspectief en verteller:
Het
verhaal is in ik-perspectief geschreven. Alle gebeurtenissen (ook in het
verleden) worden door de ik-persoon verteld.
- Personages:
Door
de stijl van schrijven (meer suggestief, dan direct) wordt er van de lezer enig
psychologisch inzicht verwacht bij het leren kennen van de hoofdpersonen.
Bovendien blijft het soms bij vermoedens.
Je voelt meer hoe een persoon in elkaar zit, dan dat duidelijk is. Dat
maakt de term round-character niet
geheel bruikbaar. Of jouw mening overeenkomt met hoe een persoon werkelijk is,
is nooit vast te stellen (het blijft een fictieve persoon uiteraard). Daarbij
speelt ook het inlevingsvermogen een rol. Door het ik-perspectief komen we het
meest te weten van Helmer. De andere hoofdrolspelers in het verhaal: Vader,
Henk (de tweelingbroer), Henk (de zoon van Riet), Riet, Ada en haar kinderen,
Jaap komen wat minder uit de verf. We kunnen slechts vermoeden hoe ze in elkaar
zitten, daar worden wel aanwijzingen voor door het verhaal geweven. Flat-characters zouden de jonge
melkrijder en de veehandelaar genoemd kunnen worden. Typetjes ben ik niet tegengekomen.
- Verhaallijnen:
Eigenlijk
zijn er twee verhaallijnen: die uit het verleden en die uit het heden. Ze
wisselen elkaar af, waardoor we langzamerhand een beeld krijgen van hoe de
toestand van nu voortgekomen is uit dat verleden. Ze komen tenslotte samen na
de dood van Vader, in Denemarken, in de laatste zin: Ik ben alleen.
- Thema:
Het
thema doet een beetje denken aan dat van Margriet de Moor in de Verdronkene: Helmer
heeft, tot aan het begin van de roman, niet een zelfgekozen leven geleid, maar
het leven van zijn verdronken tweelingbroer, omdat de omstandigheden dat
vroegen: de beoogde opvolger voor het boerenbedrijf was er niet meer, dus moest
hij van zijn vader diens taak overnemen en zijn studie staken. Een verschil is,
dat er hier nergens sprake is van een schuldgevoel o.i.d. Het was meer de
onmacht om te weigeren (Vader vraagt op het eind van zijn leven: waarom heb je
dat dan niet gezegd?). Ook de verbondenheid met zijn tweelingbroer (ik ben
slechts een half lichaam) is veel sterker. Zolang hij het leven leidt, dat hij
nooit gewenst heeft en dat verbonden is en blijft met zijn broer Henk (via zijn
vader, de boerderij en de dieren, Riet en haar zoon) blijft diens schaduw bij
hem. Pas tijdens zijn verblijf in Denemarken (het symbool van de vrijheid voor
hem) voelt hij zich van hem bevrijd: ik ben alleen.
Het
Kaïn en Abelmotief (door sommigen genoemd) zie ik hier niet direct in. Vader
heeft een lievelingszoon, maar de twee hebben elkaar nooit naar het leven
gestaan.
Volgens Gerbrand Bakker
zelf (weblog 29 mei 2006) zijn de thema’s Liefde, Dood en Schapen. Als ik dat zelf vertaal naar
de inhoud:
Liefde: tussen de broers, van de
vader voor zijn zoons (toch ook voor de “verstotene”, zoals je tussen de regels
leest), van de zoon voor de vader (ondanks zijn verbitterde, harde opstelling,
zijn er genoeg scènes die iets anders laten zien), tussen Jaap en Helmer (was
dat de reden waarom zijn vader Jaap wegstuurde?). Heel subtiel wordt de lezer
in de richting gestuurd van mogelijke homoseksuele gevoelens van Helmer (de
kanojongens, de jonge melkrijder, de jonge Henk, Jaap, zijn gadeslaan van het
samenzijn van Henk en Riet, zijn gevoel de helft van een lichaam te zijn, dat
een was met dat van zijn broer?).
Dood: de verdrinking van Henk,
het bijna verdrinken van Helmer, het overlijden van zijn vader. Ook aan het
overlijden van zijn moeder en van de oude melkrijder wordt aandacht gegeven.
Schapen: behalve melkvee heeft de
boerderij ook schapen. Zijn vader wil het schilderij met de schapen op zijn
kamer, hij wil steeds weten hoeveel lammetjes er al geboren zijn, Helmer
verdrinkt bijna bij het redden van een schaap uit de sloot, hij verkoopt enkele
schapen om een kaart van Denemarken te kunnen kopen, hij verkoopt de koeien na
de dood van zijn vader, maar houdt de schapen en de lammeren nog en als hij aan
het eind van het verhaal alleen op een rots zit, voelt hij de warme adem in
zijn nek van een schaap.
- Motieven:
Het
tweeling motief speelt door het hele verhaal. Niet alleen Helmer en Henk, maar
ook de ezels (de enige dieren die hij zelf heeft aangeschaft, ondanks
misprijzen van zijn vader) zijn met twee. Net als de buurjongetjes, altijd
samen, Ronald en Teun. Twee vrouwen die zich opdringen: Ada en Riet, tweemaal
Henk, twee jongens in een kano.
De
bonte kraai blijft bijna gedurende het hele boek aanwezig. Door recensenten
uitgelegd, als de aankondiger van de dood. Volgens Bakker onzin:
Aan de andere kant hebben
professionele lezers, de recensenten, er dan weer een handje van om alles
symbolisch uit te leggen. Die bonte kraai die Helmer en zijn vader zo in het
oog houdt, wordt dan als doodaanzegger geïnterpreteerd. Dat ís hij helemaal
niet: hij brengt liefde! Hij zorgt ervoor dat kleine Henk niet weggaat, hij
geeft Helmers vader iets om naar te kijken, bijna een reden om nog niet te
sterven. En hij gaat niet weg als die uiteindelijk dood gaat. Pas als de oude
knecht Jaap weer voor het eerst de keuken binnenloopt vliegt de bonte kraai
weg. (Recensieweb)
- Titel:
Boven is het stil slaat op het moment dat
Riet op bezoek is in de boerderij, terwijl Helmer haar wijs gemaakt heeft, dat
zijn vader dood is. Hij heeft de oude man bezworen zich stil te houden. Dat
doet hij ook. Helmer denkt dan op een bepaald moment opgelucht: Boven is het
stil. Maar het kan natuurlijk ook slaan op het moment, dat Vader is overleden:
ook dan is het stil boven en kan Helmer eindelijk echt aan zijn nieuwe leven
beginnen.
- Motto’s:
Er
zijn geen motto’s aan het verhaal toegevoegd.
- Genre:
Een
streekroman heeft als genre een negatieve bijklank. Maar toch is dit ook min of
meer een streekroman, in die zin, dat het leven van deze boer in Noord-Holland,
inclusief het landschap waar hij leeft en werkt, overtuigend beschreven wordt.
Het is tevens een psychologische roman, terwijl ook de term ontwikkelingsroman
van toepassing zou kunnen zijn.
- Stijl- en stijlfiguren:
De
stijl is heel bijzonder: subtiel, suggestief. In een recensie stond: Bakker
heeft respect voor zijn lezers. In die zin, dat hij niet uitleggerig is: je mag
zelf concluderen, begrijpen tussen de regels door. Voor mij is een belangrijke regel bij het schrijven: vertel
niet precies wat je wilt vertellen, schrijf er omheen. De niet voor de hand
liggende details opmerken, de essentie ongezegd laten. Ik zou iets zeggen over
de manier waarop jij die pen vasthoudt bijvoorbeeld, liever dan te vertellen
dat je bruine ogen hebt. Zo voelt het voor de lezer alsof die er bij is, alsof
hij zelf die kleine observaties doet. (Recensieweb).
- Verhouding schrijver tot de thematiek van
het boek:
Bakker
komt uit de Wieringerwaard en kent het landschap van Noord-Holland en zijn
bewoners dus goed. Verder schijnt er geen verband tussen zijn leven en
opvattingen en het boek te zijn.
Gerbrand Bakker - Boven is het stil .Amsterdam,
Cossee,, 2006. Geb. met stofomsl., 3e dr. (mei 2006) (1e dr. verschenen in mrt. 2006).
Romandebuut,
(wel eerder een jeugdboek) genomineerd voor de Debutantenprijs 2006. Winnaar
Gouden Ezelsoor 2006 (zie ook Juryrapport Gouden Ezelsoor op zijn website: KLIK HIER).
© JannieTr, november 2006.
Naschrift 2016: Debutantenprijs 2006 gewonnen. Het boek is verfilmd en over de hele wereld in vertaling verschenen. Het heeft veel, vooral internationale prijzen gekregen, waaronder: the International IMPAC Dublin Literary Award. Inmiddels is de 25ste druk verschenen.
© JannieTr, november 2006.
Naschrift 2016: Debutantenprijs 2006 gewonnen. Het boek is verfilmd en over de hele wereld in vertaling verschenen. Het heeft veel, vooral internationale prijzen gekregen, waaronder: the International IMPAC Dublin Literary Award. Inmiddels is de 25ste druk verschenen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten