donderdag 23 november 2006

Gerbrand Bakker - Boven is het stil

November 2006 - Waardering: 8,5.


Korte inhoud 

Op een boerderij in de buurt van Monnickendam wonen Helmer, een man van in de vijftig, en zijn bedlegerige vader. Hun relatie is moeizaam, door gebeurtenissen in het verleden. De vroege dood van Helmers tweelingbroer, Henk, neemt daarbij een belangrijke plaats in. Het verleden wordt opgerakeld als Riet contact opneemt met Helmer. Zij is de vrouw met wie Henk ruim dertig jaar geleden zou gaan trouwen. Riet heeft inmiddels een zoon die Henk heet en ze vraagt Helmer of de jongen enige tijd bij hem op de boerderij mag werken. Helmer zelf begint voorzichtig te dromen van een nieuw leven in Denemarken.
Boven is het stil is een roman over eenzaamheid, onderdrukte emoties en onuitgesproken verlangens. Het is ook een roman waarin het landschap van Noord-Holland op prachtige wijze wordt beschreven.
En het is een boek dat geschreven is in een even laconieke als suggestieve kale stijl. De eerste zin is al veel geciteerd: ‘Ik heb vader naar boven gedaan.’ Die roept direct een treffend beeld op van de situatie.

Verhaalanalyse:

- Opbouw:
Het boek is ingedeeld in 4 delen en deze zijn weer onderverdeeld in korte hoofdstukken.
Het eerste deel beschrijft hoe Helmer ruimte voor zichzelf opeist en vrijmaakt, door zijn vader naar boven te doen, geeft ons enig zicht op de oorzaken van zijn kille verhouding met zijn vader en vertelt over het ongeluk van zijn broer, over zijn a.s. schoonzuster Riet, de ruzie die deze had met zijn vader en eindigt met de brieven die Riet schrijft, met het verzoek hem op te mogen komen zoeken. Hij koopt een wandkaart van Denemarken, het land van zijn dromen, een symbool voor de vrijheid.
In het tweede deel komt Riet op bezoek en scheept hem op met haar zoon Henk. Het lijkt erop, dat ze hoopt ooit op de boerderij te kunnen wonen. Ook Ada, zijn buurvrouw, is veel aanwezig en begluurt hem met een verrekijker. Ondanks de nodige strubbelingen kunnen Helmer en Henk het wel vinden samen. Ook legt Henk contact met de aan zijn lot overgelaten vader. En langzamerhand besteedt ook Helmer iets meer aandacht aan zijn vader. We lezen meer over de verhouding tussen Helmer en de knecht Jaap, door zijn vader met ruzie weggestuurd. Het deel eindigt met het bijna verdrinken van Helmer bij het redden van een schaap.
Het derde deel begint met een Riet die zich beledigd en bedrogen voelt (hij had haar wijsgemaakt, dat zijn vader al dood was). Henk blijkt hem gered te hebben van de verdrinkingsdood. Zijn vader wil niet meer verder en eet niet meer. Ze komen toch nog tot een moeizaam gesprek, waarbij zaken uitgesproken worden, zonder dat ze nog opgelost kunnen worden. Zijn vader sterft en wordt op zijn verzoek in stilte begraven. Het eindigt met de komst van Jaap, die naar zijn oude woonplek kwam kijken.
Deel 4 speelt in Denemarken, waar hij met Jaap heen is gegaan op vakantie. Hij heeft al een deel van het vee verkocht en zal ook de rest van de hand doen. De laatste zin: Ik ben alleen, spreekt Helmer uit, als hij alleen op een avondwandeling is gegaan en op een rotspunt uitkijkt over de zee, in gezelschap van een schaap.

- Tijd:
Het verhaal wordt vrij chronologisch verteld. Geregeld worden we via korte ingelaste flash-backs op de hoogte gebracht van vroegere gebeurtenissen die hun nasleep hebben in het heden. Er zijn geen flash-forwards.
De periode die beschreven wordt loopt van november (kort voor Sinterklaas) 2002 tot mei van het volgende jaar. De flash-back periode gaat over 1966-1967, het jaar waarin zijn broer verdronk.

- Plaats en ruimte:
Plaats van handeling is voornamelijk de boerderij en directe omgeving daarvan in Noord-Holland in de buurt van Monnickendam (Waterland). Een klein deel speelt in Denemarken.

- Perspectief en verteller:
Het verhaal is in ik-perspectief geschreven. Alle gebeurtenissen (ook in het verleden) worden door de ik-persoon verteld.

- Personages:
Door de stijl van schrijven (meer suggestief, dan direct) wordt er van de lezer enig psychologisch inzicht verwacht bij het leren kennen van de hoofdpersonen. Bovendien blijft het soms bij vermoedens. Je voelt meer hoe een persoon in elkaar zit, dan dat duidelijk is. Dat maakt de term round-character niet geheel bruikbaar. Of jouw mening overeenkomt met hoe een persoon werkelijk is, is nooit vast te stellen (het blijft een fictieve persoon uiteraard). Daarbij speelt ook het inlevingsvermogen een rol. Door het ik-perspectief komen we het meest te weten van Helmer. De andere hoofdrolspelers in het verhaal: Vader, Henk (de tweelingbroer), Henk (de zoon van Riet), Riet, Ada en haar kinderen, Jaap komen wat minder uit de verf. We kunnen slechts vermoeden hoe ze in elkaar zitten, daar worden wel aanwijzingen voor door het verhaal geweven. Flat-characters zouden de jonge melkrijder en de veehandelaar genoemd kunnen worden. Typetjes ben ik niet tegengekomen.

- Verhaallijnen:
Eigenlijk zijn er twee verhaallijnen: die uit het verleden en die uit het heden. Ze wisselen elkaar af, waardoor we langzamerhand een beeld krijgen van hoe de toestand van nu voortgekomen is uit dat verleden. Ze komen tenslotte samen na de dood van Vader, in Denemarken, in de laatste zin: Ik ben alleen.

- Thema:
Het thema doet een beetje denken aan dat van Margriet de Moor in de Verdronkene: Helmer heeft, tot aan het begin van de roman, niet een zelfgekozen leven geleid, maar het leven van zijn verdronken tweelingbroer, omdat de omstandigheden dat vroegen: de beoogde opvolger voor het boerenbedrijf was er niet meer, dus moest hij van zijn vader diens taak overnemen en zijn studie staken. Een verschil is, dat er hier nergens sprake is van een schuldgevoel o.i.d. Het was meer de onmacht om te weigeren (Vader vraagt op het eind van zijn leven: waarom heb je dat dan niet gezegd?). Ook de verbondenheid met zijn tweelingbroer (ik ben slechts een half lichaam) is veel sterker. Zolang hij het leven leidt, dat hij nooit gewenst heeft en dat verbonden is en blijft met zijn broer Henk (via zijn vader, de boerderij en de dieren, Riet en haar zoon) blijft diens schaduw bij hem. Pas tijdens zijn verblijf in Denemarken (het symbool van de vrijheid voor hem) voelt hij zich van hem bevrijd: ik ben alleen.
Het Kaïn en Abelmotief (door sommigen genoemd) zie ik hier niet direct in. Vader heeft een lievelingszoon, maar de twee hebben elkaar nooit naar het leven gestaan.
Volgens Gerbrand Bakker zelf (weblog 29 mei 2006) zijn de thema’s Liefde, Dood en Schapen. Als ik dat zelf vertaal naar de inhoud:
Liefde: tussen de broers, van de vader voor zijn zoons (toch ook voor de “verstotene”, zoals je tussen de regels leest), van de zoon voor de vader (ondanks zijn verbitterde, harde opstelling, zijn er genoeg scènes die iets anders laten zien), tussen Jaap en Helmer (was dat de reden waarom zijn vader Jaap wegstuurde?). Heel subtiel wordt de lezer in de richting gestuurd van mogelijke homoseksuele gevoelens van Helmer (de kanojongens, de jonge melkrijder, de jonge Henk, Jaap, zijn gadeslaan van het samenzijn van Henk en Riet, zijn gevoel de helft van een lichaam te zijn, dat een was met dat van zijn broer?).
Dood: de verdrinking van Henk, het bijna verdrinken van Helmer, het overlijden van zijn vader. Ook aan het overlijden van zijn moeder en van de oude melkrijder wordt aandacht gegeven.
Schapen: behalve melkvee heeft de boerderij ook schapen. Zijn vader wil het schilderij met de schapen op zijn kamer, hij wil steeds weten hoeveel lammetjes er al geboren zijn, Helmer verdrinkt bijna bij het redden van een schaap uit de sloot, hij verkoopt enkele schapen om een kaart van Denemarken te kunnen kopen, hij verkoopt de koeien na de dood van zijn vader, maar houdt de schapen en de lammeren nog en als hij aan het eind van het verhaal alleen op een rots zit, voelt hij de warme adem in zijn nek van een schaap.

- Motieven:
Het tweeling motief speelt door het hele verhaal. Niet alleen Helmer en Henk, maar ook de ezels (de enige dieren die hij zelf heeft aangeschaft, ondanks misprijzen van zijn vader) zijn met twee. Net als de buurjongetjes, altijd samen, Ronald en Teun. Twee vrouwen die zich opdringen: Ada en Riet, tweemaal Henk, twee jongens in een kano.
De bonte kraai blijft bijna gedurende het hele boek aanwezig. Door recensenten uitgelegd, als de aankondiger van de dood. Volgens Bakker onzin:
Aan de andere kant hebben professionele lezers, de recensenten, er dan weer een handje van om alles symbolisch uit te leggen. Die bonte kraai die Helmer en zijn vader zo in het oog houdt, wordt dan als doodaanzegger geïnterpreteerd. Dat ís hij helemaal niet: hij brengt liefde! Hij zorgt ervoor dat kleine Henk niet weggaat, hij geeft Helmers vader iets om naar te kijken, bijna een reden om nog niet te sterven. En hij gaat niet weg als die uiteindelijk dood gaat. Pas als de oude knecht Jaap weer voor het eerst de keuken binnenloopt vliegt de bonte kraai weg. (Recensieweb)

- Titel:
Boven is het stil slaat op het moment dat Riet op bezoek is in de boerderij, terwijl Helmer haar wijs gemaakt heeft, dat zijn vader dood is. Hij heeft de oude man bezworen zich stil te houden. Dat doet hij ook. Helmer denkt dan op een bepaald moment opgelucht: Boven is het stil. Maar het kan natuurlijk ook slaan op het moment, dat Vader is overleden: ook dan is het stil boven en kan Helmer eindelijk echt aan zijn nieuwe leven beginnen.

- Motto’s:
Er zijn geen motto’s aan het verhaal toegevoegd.

- Genre:
Een streekroman heeft als genre een negatieve bijklank. Maar toch is dit ook min of meer een streekroman, in die zin, dat het leven van deze boer in Noord-Holland, inclusief het landschap waar hij leeft en werkt, overtuigend beschreven wordt. Het is tevens een psychologische roman, terwijl ook de term ontwikkelingsroman van toepassing zou kunnen zijn.

- Stijl- en stijlfiguren:
De stijl is heel bijzonder: subtiel, suggestief. In een recensie stond: Bakker heeft respect voor zijn lezers. In die zin, dat hij niet uitleggerig is: je mag zelf concluderen, begrijpen tussen de regels door. Voor mij is een belangrijke regel bij het schrijven: vertel niet precies wat je wilt vertellen, schrijf er omheen. De niet voor de hand liggende details opmerken, de essentie ongezegd laten. Ik zou iets zeggen over de manier waarop jij die pen vasthoudt bijvoorbeeld, liever dan te vertellen dat je bruine ogen hebt. Zo voelt het voor de lezer alsof die er bij is, alsof hij zelf die kleine observaties doet. (Recensieweb).

- Verhouding schrijver tot de thematiek van het boek:
Bakker komt uit de Wieringerwaard en kent het landschap van Noord-Holland en zijn bewoners dus goed. Verder schijnt er geen verband tussen zijn leven en opvattingen en het boek te zijn.

Gerbrand Bakker - Boven is het stil .Amsterdam, Cossee,, 2006. Geb. met stofomsl., 3e dr. (mei 2006)  (1e dr. verschenen in mrt. 2006).  

Romandebuut, (wel eerder een jeugdboek) genomineerd voor de Debutantenprijs 2006. Winnaar Gouden Ezelsoor 2006 (zie ook Juryrapport Gouden Ezelsoor op zijn website: KLIK HIER)

© JannieTr, november 2006. 

Naschrift 2016: Debutantenprijs 2006 gewonnen. Het boek is verfilmd en over de hele wereld in vertaling verschenen. Het heeft veel, vooral internationale prijzen gekregen, waaronder:  the International IMPAC Dublin Literary Award. Inmiddels is de 25ste druk verschenen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten