Renske Jonkman studeerde Nederlandse Taal & Cultuur. Als schrijver
en freelance journalist maakt ze interviews en reportages voor onder
meer de Volkskrant en National Geographic. Voor dagblad Trouw schreef ze de afgelopen jaren een column over boeren en natuurbeschermers. In 2011 debuteerde ze succesvol met haar roman Zo gaan we niet met elkaar om, in 2015 verscheen haar roman Gibraltar. Eind augustus 2021 verscheen haar nieuwe roman: Dit verdronken land. Een grote boerenroman over de relatie tussen de mens en het polderlandschap. Ze woont en werkt op het Noord-Hollandse platteland.
Vissers werden boeren
In een sfeervol beschreven proloog van enkele bladzijden schetst Renske Jonkman de situatie van de Wogmeer in 1607. Een landmeter moet bekijken welke mogelijkheden er zijn voor het drassige gebied dat eromheen ligt. Een ringdijk lijkt de oplossing, met uitwateringssloten en molens die het meer droogmalen. Met middendoor een weg, waaraan de boerderijen komen. De stukjes land tussen de sloten kunnen gepacht worden door de boeren. Om het vee te weiden moeten de boeren ze met een schuit naar de eilandjes varen om ze te laten grazen en ze te melken.
"Twee jaar later was de Wogmeer ingepolderd en werden de kavels verloot. De oudste visser kreeg kavel C9 toegewezen. Dat was Endegeest. Gerrit Pieterszoon Endegeest".
Daarna springen we naar 1956. De familie Endegeest boert nog steeds op boerderij de Jona, maar het wordt steeds moeilijker in dit bewerkelijke gebied een boterham te verdienen. Met wat schapen en kippen, een kleine kudde koeien, enkele trekpaarden en een moestuin is het geen vetpot. De moeder van het gezin is overleden en de vader maakt van de administratie een rommeltje. Dat ontdekt de oudste zoon Krijn (18) als ook zijn vader omkomt. Hij voelt zich verantwoordelijk voor zijn broers Lucas (16) en Seth (7) en zus Janna (14). Janna heeft het meeste verstand van het boerenbedrijf, maar als meisje wordt ze niet serieus genomen. Zowel zij als Lucas willen bij beslissingen betrokken worden, maar Krijn gaat zijn eigen weg. Dan is er nog Grootvader Endegeest die in één van de poldermolens woont. Waar Krijn kansen ziet via modernisering en ruilverkaveling, houden zijn grootvader en Lucas vast aan de oude manier van boeren en de grond die al eeuwen in hun bezit is. Het komt tot een uitbarsting tussen Krijn en Lucas, maar wat er precies gebeurd is, lezen we pas in het tweede deel.
Een nieuw leven lokt in Canada
Opnieuw een grote sprong, nu naar 2020. Janna bestiert nog steeds de ouderlijke boerderij. Krijn is verdwenen naar Canada en heeft geen contact meer met de familie. Een van Janna's dochters, Lucia, is getrouwd met een boerenzoon wiens ouders dankzij de ruilverkaveling goed geboerd hebben. Maar hij wil het bedrijf niet overnemen, vanwege de vele regels en problemen met mestoverschot, stikstof en grote schulden voor nieuwe stallen na het loslaten van de melkquota. Hij is lid van Farmers Defence Force, maar besluit uiteindelijk dat hij naar Canada wil. Lucia werkt aan de universiteit van Wageningen en is bezig met onderzoek om uit planten elektriciteit op te wekken. Hij noemt het haar hobby.
We volgen het stel naar Canada tijdens hun zoektocht naar een farm. De bedoeling is te emigreren. Maar daarover is Lucia minder enthousiast dan haar man. Ze zou alles op moeten geven: haar familie, haar onderzoek. En dan zijn er ook nog hun twee dochtertjes. Wordt dat hun toekomst? Ze mist het West-Friese landschap. Maar nu ze toch in Canada zijn, wil ze op zoek naar haar Oom Krijn. Ze vinden hem en langzamerhand wordt duidelijk wat zich voor zijn verdwijning heeft afgespeeld.
Boeren worden vissers
Het laatste korte hoofdstuk speelt in 2148. De zeespiegelstijging heeft de Wogmeer onder water gezet. Net als de wijde omgeving. De meeste mensen zijn vertrokken of wonen op woonboten en leven van de visvangst en hun groenten uit drijvende kassen. Er worden toeristische rondvaarten gehouden boven het verdronken land. Alleen de Jona, die iets hoger ligt, staat er nog. En nog steeds wonen er nazaten van Endegeest...
Een ode aan het West-Friese landschap
Het kan niet anders dan dat Renske Jonkman zich grondig verdiept heeft in de periode rond 1956. Ze tekent de ruilverkavelingstoestanden en de moeilijke keuze waarvoor boeren destijds stonden heel overtuigend. En ze verpakt het vervolgens in een spannend familieverhaal. De problemen waar de jonge boeren van nu tegenaan lopen brengt ze eveneens onder de aandacht. Maar dat er meer te kiezen valt dan emigreren en dat er tevens aandacht moet zijn voor verduurzaming, krijgt ook een plaats. In net zo'n spannend en overtuigend verhaal over een ongelijkwaardige relatie en een roadtrip door Canada. Net zomin als Janna serieus genomen werd, geldt dat voor Lucia. Maar wie trekt er aan het langste eind?
Dat het West-Friese polderlandschap Renske Jonkman ter harte gaat, blijkt wel uit de manier waarop ze het beschrijft in Dit verdronken land. De sfeertekening, zowel in 1956, als in 2020 in Canada, spreekt aan. De heldere, rustige stijl, zonder poespas of mooi schrijverij heeft een prettig ritme met onopvallende alliteraties. Dit verdronken land doet me denken aan een andere roman uit deze streek: Boven is het stil van Gerbrand Bakker.
"In de keuken op de westzijde was het behaaglijk warm. De wandplanken waren blauw geschilderd - in deze streek was iedereen er heilig van overtuigd dat die kleur de vliegen op afstand hield - maar zelfs begin oktober kropen de vliegen nog tegen de ramen. De paar overgebleven appels op de schaal waren aangevreten en op de koude vloertegels lag de lapjeskat languit te slapen. De zon scheen laf naar binnen en de heiige lucht vulde het raam met de zes ruiten. Op de vensterbanken voor het raam stonden de jonge stekken die Janna had opgekweekt: geraniums, begonia's, een lampionplant. Maar de herfst hing rond, alles was verdord en uitgeput, de vogels zaten doodstil op de takken van de bruine notenboom te wachten tot ze konden uitvliegen naar het zuiden."
Renske Jonkman - Dit verdronken land. Amsterdam, Nijgh & Van Ditmar, 2021. Pb, 272 pg. ISBN: 978-90-388-0462-0.
© Jannie Trouwborst, januari 2022.
Ik las een tijdje geleden "Dit is mijn hof" van Chris de Stoop. Ook over het boerenbestaan, maar dan in het grensgebied van Zeeuws Vlaanderen en Vlaanderen. Ik begrijp de onvrede van de boeren wel wat beter nu. De grond die zowat heilig is. "Dit verdronken land" stond al even op mijn wishlist. Bedankt voor de mooie recensie.
BeantwoordenVerwijderenDankjewel! Op mijn blog kun je de recensies vinden van Chris de Stoop, maar ook van Kees Kooman en Lizzy van Leeuwen. Allemaal over het boerenbedrijf en de problemen daarmee. Kijk daarvoor via de alfabetische lijst (vak boven aan rechts klikken) of op hun naam in het zoekvak.
Verwijderen